antagonisme

IMG_1498

Het nieuwe project is nog steeds in volle gang. Creatie en saai redactiewerk wisselen elkaar af, maar ik ruik de eindmeet al…

Ik hou jullie op de hoogte, dat spreekt voor zich.

“Did you know Voltaire was the first to suggest that the universe was created by a gigantic explosion? […] And then Goethe was the first to suggest that spiral nebulae were swirling masses of stars. We now call them galaxies. It’s kind of funny how often new concepts of science find their first tentative forms of expression in the arts.”

John Oldman, personage uit de film ‘The man from Earth” van Richard Schenkman naar een scenario van Jerome Bixby.

Geplaatst in citaten, het grotere werk, nieuws, schrijfsels | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

project X

DSCN4324.JPG

er komt iets nieuws aan. een project.

het is een boek en het is geen boek.

het is niet het boek waar ik aan was begonnen, maar het is wel allemaal daar begonnen.

het is de eeuwigdurende roman die geen roman is.

binnenkort ook bij u in de huiskamer!

en vergeet niet: u bent de eerste die het weet…

 

Geplaatst in het grotere werk, nieuws, schrijfsels | Tags: , , | 2 reacties

ten spijt

P1020408

 

Je stinkt,

Toch zie ik

Je graag

 

Je huilt,

Als de dood

Je toelacht

 

Je geeft,

Wat het leven

Je ontneemt

 

En toch

Zie ik je

En blijf

 

De regen

Ten spijt, of

De zon

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , | Een reactie plaatsen

dingen

DSCN4896

 

Je wil, en glimlacht

Wanneer dingen niet

Te krijgen zijn

 

Je zal, en moet

Tot je dingen anders

Kiest te zien

 

Je zwijgt, en zegt

Meer dan dingen

Plegen te bevatten

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | 2 reacties

gintonic

P1020400

 

Al mijn gedachten

De wind

Neemt ze mee

 

De meeuwen schreeuwen

Vaarwel, een gepaster

Adieu bestaat niet

 

Zeven zeeën wachten

Mijn gedachten op en

Groeten op gepaste wijze

 

Net voor ze verzuipen

Bestellen ze nog

Gezapig een gintonic

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , , | 2 reacties

stilleven 2

IMG_6117

 

De melodie speelt

Verstoppertje met mijn

Woorden en wint

 

Het kaarslicht wappert

Bij windstil

 

De meeuwen antwoorden

Tevergeefs, hun toonaard

Vals de boodschap vaag

 

De duinen je afdruk

Vergeven en vergeten

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , , , | 1 reactie

onderweg

IMG_1545

 

Terwijl jij de tomaten

Snijdt de sla wast

Bijt ik me vast in het

Schoonmaken van de grill

Een gezond mens wil al eens

Wat anders dan kikkererwten

En dril.

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | 1 reactie

kronkel

P1000370

 

Als je acties niet voor zich spreken

Moet je het dan zelf doen?

 

Woorden leiden tot gedachten

Maar ook tot interpretaties

 

Relaties zijn ingewikkeld

Zonder communicatie staan we nergens

(maar weten we feitelijk zoveel meer?)

 

Een zoen op mijn mond

Die zijn eigen redenen heeft om

Aan de rand van mijn lippen te landen

 

Weet ik nu of is toeval

Toch louter toevallig?

 

Vragen lossen niks op

Antwoorden des te minder

(vertel ik mezelf)

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , , | 1 reactie

voetenwerk

P1000352

 

Een paar schoenen op de rotonde

Ik ontwijk ze nipt en

Vraag me af waarom

 

Hout vasthouden zei hij

– je weet maar nooit

Je weet inderdaad nooit

Wat de volgende bocht brengt

Als je niet… of wel?

 

Een paar blote voeten in de sneeuw

En ik herinner me niet meer

Of ik nu wel dan niet

 

Maar ik heb niks in de hand

En het kind niks aan de voeten

Wroeten

Moeten we allemaal op onze manier

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , | 1 reactie

paardenkracht

DSCN4905

 

Tegen de stroom in

Met de wind mee

Zal ik stranden of op

Interessante oevers landen

 

Het lot,

Twee paarden met elk hun

Kracht. Al dan niet

Gestuurd door de onze

 

Het antwoord is niet

Voor onze oren bestemd

Hoewel het slechts

Onze vragen zijn

 

We stellen ze om te weten

Of we moeten vergeten

Of de teugels net strakker

Moeten aanspannen.

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | 1 reactie

on the road

P1020329

de stilte op de blog heeft een reden. ik ben onderweg, zonder elektriciteit, zonder internet. onderweg naar nergens in het bijzonder. gewoon, onderweg.

toch is er op deze weg af en toe ruimte om te genieten, om te creëren, om op te laden. ik dank de portugese cafés voor hun immer aanwezige wifi en hun vrijelijk te gebruiken stopcontacten. en hun wijn, koffie, vers sap en lekker eten, uiteraard.

bij deze dus het opladen van alle elektronica, alsook van de blog met nieuw materiaal. een paar gedichtjes voor de komende weken, genietze.

wat ook onderweg is, is boek nummer twee. hoofdstuk 1 staat in een ruwe versie op papier, de personages worden langzaam maar zeker mijn beste vrienden, hun avonturen tekenen zich scherper en scherper af in mijn hoofd. weer thuis zijn er dus geen excuses meer. jullie horen het!

 

Geplaatst in het grotere werk, nieuws, schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , | 7 reacties

zondag

IMG_4408

morgen is de dag die ik

vandaag verlang

maandag is de dag dat ik

gevoelens vervang

 

door cijfers en  streepjes,

tekens van een zeker belang

binnen hun kader van

oranjebruin bloemetjesbehang

 

de pickup draait en

ik vraag me af

of niet de naald maar ik

oubollig ben

 

de cijfers doen niet terzake en

toch slaan vectors en algoritmes

wezenlijke kraters in mij

die ik niet meer ontwen

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | Een reactie plaatsen

detox

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Hoop is een gevaarlijke drug

Ik heb besloten af te kicken

Niet helemaal voorbereid

Op de kille leegte van de

Onbedwelmde realiteit

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | 1 reactie

Saskia de Coster

9789044623475

Als aanloop naar mijn nieuwe boek over het naoorlogse zwijgen kan dit tellen:

“Opeens begrijpt ze waarom Stefaan altijd zwijgt en waarom moemoe haar mond niet opendeed. Door te praten maak je het erger, en groter. Verdringing is de rots waarop de katholieke kerk gebouwd is. Dat is goed om uitzicht te bieden, om ervoor te zorgen dat de schaamte binnen de perken blijft en niet gaat woekeren.”

 uit ‘Wij en ik’, van Saskia de Coster.

Geplaatst in citaten | Tags: , , , , | Een reactie plaatsen

tripel

IMG_7686

in texas woonde een das

die ook wel eens

beer of orkaan was

 

hij schaamde zich niet

voor zijn driedubbel

verdriet

 

elke wederopstanding gaf

de zoete zonde van

oneerlijkheid en laf

 

geheim een schat

aan diepte die meer waarheden

dan twijfels bezat

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , , | 4 reacties

een nieuw hoofdstuk

IMG_6591

het einde van 2017 nadert, dat wil zeggen dat er weer een nieuw begin klaarstaat, waarover ik me persoonlijk bijzonder verheug.

het was een bewogen jaar. Buiten woordhoopjes, waarin ik mijn heftige emoties kan kanaliseren, heb ik weinig geschreven. Wel heb ik eindelijk die debuutroman ‘door de bomen het bos‘ kunnen afwerken, drukken en verkopen. Vorig weekend was de officiële boekvoorstelling – dank aan iedereen die aanwezig was! – en het voelde eigenlijk als een afsluiting, een point finale aan een moeilijke periode.

dus nu is het tijd voor een nieuw hoofdstuk. Werken aan roman nummer twee, en weer verhalen uit mijn mouw schudden, god weet dat ik barst van de ideeën! En weer meedoen aan wedstrijden en trachten te publiceren. Momenteel loopt de gerenommeerde Editio Schrijfwedstrijd, waarvoor ik een nog ongepubliceerd verhaal uit 2016 instuurde. Jullie kunnen mij een duwtje in de rug geven, door hier te stemmen. Heel eenvoudig, gewoon op ‘like’ klikken! Alvast bedankt!

prettige feestdagen, en tot in het nieuwe jaar…!

Geplaatst in het grotere werk, nieuws, schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , | Een reactie plaatsen

frequentie

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Per rol dicht ik je een andere

eerlijkheid toe

 

Per gezicht zie ik meer van je

werkelijke rimpels

 

De zintuigen die gemengde

signalen uitzenden

worden in hun

frequentie gestoord

 

Zo

 

Ontstaat het gegeven met

het woord

dat je me gaf maar niet

in geschenkverpakking

 

Ontgaat me de boodschap van

de boodschapper

die zichzelf blootgaf met jou

als dekking

 

Ontraad jij me wijselijk

de domheid

die ik anders met plezier uit mijn

mond gooide

 

en

 

Vergaat me het lachen dat ik

onverhoeds ontplooide

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | 5 reacties

in de kijker

IMG_20171017_162417.jpg

Jawel, LL treedt op kousenvoeten richting schijnwerpers. Die zijn evenwel gelukkig nog niet al te straf. Easy does it.

In de decembereditie van Onderox magazine prijkt een artikel over mij en mijn debuutroman ‘Door de bomen het bos‘. Fijn om een beetje reclame te mogen maken toch. Je leest het hier.

En binnenkort presenteer ik het boek eindelijk officieel voor het grote publiek! Wil je erbij zijn? Kom dan op 16 december a.s. naar TOKO139 in Antwerpen. Om 15.15u starten we, wees op tijd! Geef een seintje als je komt. De toegang is gratis.

Alle info over de boekvoorstelling vind je hier.

 

hopelijk tot dan!

 

Geplaatst in het grotere werk, nieuws, schrijfsels | Tags: , , , , , , | 2 reacties

oxy

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Tegenwoordigheid van geest:

de geestelijkheid van tegenwoordig

laat erg te wensen over

 

Aanleg voor kunst:

de legkunst vooraan, daarna

de betekenis

 

Leven in eenvoud:

leven in het woud van lucht

en koolstofmonoxide

 

Op hete kolen zitten

terwijl de hitte langzaam maar zeker

mijn ziel verkoolt

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , | 3 reacties

keuze

IMG_0536

De vertwijfeling in je ogen

tussen lief of

authentiek zijn

 

Doet me twijfelen aan

je wens of vrees voor

de keuze

 

Tussen leven en liefde

die toch beide

doen verliezen

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | Een reactie plaatsen

laatste avondmaal

IMG_0550

Op een bedje van rozen

– of was het prei? –

vlei je je neer

sappig en klaar voor consumptie

 

Ik kan niet anders dan

watertanden vingerlikken en

verlangen om je door te slikken

 

In de schijnwerpers sta je te

draaien en beven

je medespelers onherkenbaar

 

Scherper dan ooit zie ik je

en zonder verpinken

draai ik het licht uit en

verorber je.

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

burcht

IMG_0491

De onderdrukking die je

beweert te bezitten en die op

de meest bedrukte momenten

bezit van je neemt

 

Neemt je verder weg van

jezelf dan je denkt en

is niet werkelijk

je werkelijke aard

 

– maar wat is mijn woord waard? –

mijn woord dat jouw zijn

schijnbaar steeds weer

de verdrukking in duwt

 

Ik kan maar proberen

woorden zijn wat ik heb

mijn gedachten kan of

wil je niet lezen

 

Ik daarentegen lees in

je ogen de ware toedracht

en schenk je dan maar

mijn mooiste glimlach.

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , | Een reactie plaatsen

acht

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Zeven delen

Zeven dagen

Zweven achteloos

Voorbij de grachten, weiden, dalen en

Pieken die ik pas op de

Achtste dag zie opdoemen

Uit de nevel van de

Zeven zeeën

Die ik al lijk te

Hebben doorzwommen op

Zoek naar een flard ijle lucht

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | 2 reacties

geheim

IMG_7400

De eindigheid van een avond

Een zeker moment

De tegenwoordigheid van geest

Voor relativering

De woorden die gehoord maar

Niet gesproken werden

De nachtrust gestolen

De werkelijke betekenis

Verholen

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | Een reactie plaatsen

het grote weten

Barca weekend 15-17 okt 04 001 (23)

je weet alles al,

zei hij en ik wist dat

dit nu en voor altijd

de zin van mijn leven

zou zijn

 

de zin in leven moet ik dus

ontlenen aan de wetenschap

dat ik – en bij uitbreiding

al de anderen –

alles al weet,

altijd al geweten heb en

altijd weten zal

(niet dat het verleden of

de toekomst ertoe doen.)

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | Een reactie plaatsen

waar?

DSCN0736

waar vind ik de woorden

voor de ultieme ontlading

voor de ontsnapping uit de

achtervolging in mijn droom

 

ik ren en ren

maar struikel en val, toch

telkens weer net ontkomend

aan het onvermijdelijke

 

sabotage lijkt makkelijker

dan de zoektocht naar

woorden die verlichting moeten

brengen maar die mogelijks

 

minder bevrijdend zullen blijken

dan de vlucht de roes de zelfdestructie

die me steeds de illusie

van verlossing doen bereiken

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , , , , | 2 reacties

stilleven

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

achter de woorden

valleien vol weelderig groen

tegenover de daden

fonkelende kronkelende rivieren

onder de gedachten

ijskoude besneeuwde bergen

 

de boom die me onlangs

aansprak zei ‘jij,

na pieken en dalen en nat van rivieren,

bent eigenlijk berg, rivier, groen.’

 

maar dat wist ik al

ergens in de diepste spelonken

van mijn ziel

 

‘dat zeggen ze allemaal,’ antwoordde

de boom op telepathische wijze

met een zucht

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , , , , | 1 reactie

debuutroman

Cover Rigby HR

 

het boek is er!!!

Eerste verkoopmoment a.s. zondag 17 september van 9u-17u tijdens de Parochiefeesten in Bouwel (eer aan de heimat). Online te koop via de knop Boek bestLL hierboven.

Alvast een smaakmakertje:

[…]

Daarna was niets nog hetzelfde geweest. De dagen nadien had hij tevergeefs meer informatie uit haar proberen los te krijgen over het weekend en wat ze precies hadden gedaan, maar het was zinloos. Kristin was bijna opgehouden met praten, ze sprak enkel nog met losse woorden.

‘Ja, goed. Nee, geen zin. Doe jij maar. Slaapwel.’

Ze keek hem ook nauwelijks nog aan, het was alsof ze zich ergens voor schaamde. Na een week had hij het opgegeven en zich erbij neergelegd dat het mogelijk een fase was. Dat ze een soort crisis had gekregen tijdens het weekend, en dat hij haar beter even gewoon met rust liet. Dan zou het vanzelf wel overgaan.

Maar het ging niet over. Na drie weken was de maat voor hem vol en werd hij woedend. Hele tirades hield hij, over hoe hij van haar hield en dat ze hem toch wel een verklaring verschuldigd was. Maar het mocht allemaal niet baten, ze bleef in haar stille cocon. Ten einde raad belde hij één van de vriendinnen op die het weekend hadden georganiseerd.

Zo kwam hij er achter dat ze naar een soort meditatiecentrum waren geweest en dat daar inderdaad iets vreemds met Kristin was gebeurd. De vriendin kon verder ook niet veel meer licht werpen op de zaak, ze had Kristin sindsdien zelf niet meer gezien of gehoord, wat eigenlijk ook bizar was. Ze voegde er enkel nog aan toe dat Kristin lange gesprekken had gevoerd met de sjamaan die de meditaties had geleid.

Een sjamáán, godnogaantoe, dacht Koen toen hij de hoorn weer op de haak legde.

‘Waar is ze toch mee bezig?’, schreeuwde hij uit in het lege huis.

Kristin was op één van haar “tochten”, zoals hij ze noemde, waarbij ze gewoon verdween en pas vele uren later weer opdook. Hij plaatste zijn handen voor zijn gezicht en barstte langzaam in snikken uit. Totale wanhoop overspoelde hem. Was hij haar kwijt?

[…]

Midden juli, vijf weken na haar terugkeer van het meditatieweekend, schreef hij haar een briefje, dat hij op haar bureau legde, waar ze zich meestal afzonderde als ze terugkwam van haar tochten. Het was een kort briefje, veel woorden had hij zelf ook niet meer over.

                  Als je nog íets voor mij voelt, kom dan om negen                                                                             uur naar ons plekje. Alsjeblieft. Koen.

 Hun plekje was een eenvoudig bankje onder een boom bij de visvijver, enkele honderden meters van hun huis. Als er niet werd gevist was het er hemels stil, en ze hielden allebei van de grote treurwilg met zijn afhangende takken, die als moeë armen in het water hingen.

Hij at een snel avondmaal en ging naar buiten. Hij wandelde onmiddellijk richting visvijver, hoewel het amper zeven uur was. Hij wilde niet thuis zijn als ze binnenkwam en het briefje vond.

Hij installeerde zich op het bankje en wachtte. Hij dacht aan vrolijker tijden, aan hoe ze elkaar hadden leren kennen en aan de reizen die ze samen hadden gemaakt. Ze waren steeds goede reispartners geweest. Ze waren dan werkelijk een eenheid, meer nog dan thuis. Hij wist niet wat hij Kristin zou zeggen, als ze al kwam, want daar twijfelde hij sterk aan. Het was misschien ook beter als ze niet kwam, dan kon hij zijn leven verder zetten. Hij zou dan een manier moeten vinden om zonder haar weer zin in het leven te vinden, maar alles was beter dan de zinloosheid en de frustratie van de laatste vijf weken. Het was beter om van het ergste uit te gaan. Bovendien had hij geen idee wat hij haar nog zou kunnen zeggen. Hij had het gevoel dat hij alles al had geprobeerd.

 Zo zat hij daar bijna twee uur voor zich uit te staren over de visvijver, zonder werkelijk te denken aan de boodschap die hij haar wou geven en toch heel de tijd onbewust zoekend naar een antwoord, een ingeving van bovenaf.

Toen het vijf voor negen was kwam hij overeind, strekte zich uit en liep even rond de boom, daarbij uitkijkend over de weg of er iemand die richting op kwam. De laan was verlaten. Hij wilde wel huilen maar vermande zich. Hij wilde zich niet sentimenteel tonen als ze toch nog kwam. Hij wilde sterk zijn en klare taal spreken.

Hij moest iets doen om zichzelf af te leiden van wat voor hem lag, de mogelijkheden leken momenteel allemaal om het zwartst. Hij besloot rond de visvijver te gaan lopen, en zong daarbij een lied uit zijn kindertijd dat hem altijd vrolijk maakte. Hij zong uit volle borst en raakte al snel in vervoering. Het zingen werkte bevrijdend. Het lied was nog niet klaar toen hij terug bij de boom was, dus begon hij een tweede rondje.

‘Want de olifant die is toch zo plezant!’, zong hij en moest er waarlijk bij glimlachen, toen hij plots aan de overkant van de vijver iemand zag verschijnen. Kristin! Ze is gekomen! Hij was nu helemaal vrolijk, van het lied en van haar verschijning, zodat hij de rest van het rondje uitspurtte tot hij bij haar was aan de boom.

Hijgend stond hij voor haar en zei: ‘Je bent gekomen! Je bent gekomen!’, en gaf haar impulsief als vanouds een smakkerd op haar mond. Hij omhelsde haar, maar voelde meteen de weerstand in haar lichaam. Hij schrok wakker als uit een droom en liet haar ogenblikkelijk weer los.

‘Wat wilde je me vertellen?’ vroeg ze hees.

‘Ik… ik… euh… Ik wilde je vragen of je met me op reis wil gaan.’ Het flapte er uit, hij had er niet bij nagedacht.

Ze trok schamper haar rechterwenkbrauw op alsof ze wilde zeggen ‘Meen je dat nu?’

‘Ja, ik dacht, we moeten er allebei eens uit, en je weet toch dat we het altijd zo fijn hebben samen, als we op vakantie zijn, en ik weet, het gaat even moeilijk met je, met ons, ik bedoel, we praten niet meer, tenminste, ik probeer het wel, maar, …’ Hij ratelde en raakte in ademnood. Hij probeerde haar aan te kijken maar ze staarde langs hem heen in de verte. Haar gezicht liet niets uitschijnen van wat ze voelde of dacht, maar haar stilte kwam hem als spottend over.

‘In ieder geval, ik dacht dat het ons goed zou doen. Ik wil het graag. Doe het voor mij. Doe het voor óns.’

Bij het woordje “ons” keek ze hem plots strak aan. Haar ogen schoten vuur, maar nog steeds zei ze niets. Koen kon haar blik niet verdragen en draaide zich van haar weg.

Hij wilde wegwandelen, maar was als versteend. Hij kón niet van haar weglopen, het was alsof ze een magneet was en hij het ijzer dat onherroepelijk naar haar toe werd gezogen. Maar hij durfde haar niet meer aankijken, dus bleef hij daar zo staan, met zijn rug naar haar toe. Zijn hart ging als een razende tekeer in zijn borstkas, voor zijn gevoel zó luid dat het gebons over de vijver weergalmde. Zeg iets, zeg iets, zeg iets, … dacht hij wanhopig, niet zeker of dat tegen zichzelf of tegen haar was bedoeld. En dan hoorde hij plots dat ze haar keel schraapte.

Met een ruk draaide hij zich om, ze stond nog steeds op dezelfde plaats, alleen hingen haar schouders nu af en staarde ze naar haar voeten.

‘Oké…’, zei ze. ‘Laten we op reis gaan.’

Geplaatst in het grotere werk, nieuws | Tags: , , , , , , , | Een reactie plaatsen

popular

DSCN0376

alweer een heel oudje… mijn eerste bijdrage voor literair tijdschrift CULO destijds, in een vorig leven!

Als ik interviews lees met bekende en semibekende mensen vraag ik me altijd af hoe ze het klaarspelen op die vragen een pasklaar antwoord te verzinnen. Vragen zoals ‘Wat was het gelukkigste moment uit je leven? En het minst gelukkige? Je lievelingseten/lied/ kamerplant? De ultieme romantische ervaring?’ Hoe slagen ze er in godsnaam in op al deze onmenselijk onwaarschijnlijke vragen een antwoord te geven?

Ik heb al bedacht dat ze misschien een lijstje in hun hoofd hebben (of zelfs op de computer?) met hun beste en minste ervaringen en dat ze daar dan een grabbel uit kunnen doen wanneer een dergelijke vraag zich aandient. Misschien is het wel zo, dat mensen die zich langzaam een beetje roem vergaren, al is het dan in eigen land of zelfs in eigen streek, doelbewust beginnen nadenken over die dingen om voorbereid te zijn op de dag dat ze genoeg bekendheid vergaard hebben om een interview te mogen weggeven aan pakweg, Story of Flair (er van uitgaande dat de meer vooraanstaande bladen over het algemeen iets zinvollere vragenlijsten opstellen).

En dan is de vraag of je als lezer, na het consumeren van de lievelingsdrankjes en -standjes van een of andere BV of internationale superster, met het gevoel achterblijft dat je iets bijgeleerd hebt. Wat moet je in godsnaam met die informatie? Hooguit kan ze staan voor het menselijke in ieder van ons, maar aan de andere kant is het opvallend dat de bekendheid in kwestie telkens weer met hoogst ongewone lievelingetjes uit de hoek komt, zodat we net het omgekeerde effect verkrijgen. We denken dan vaag: ‘wow, wat is die toch excentriek’, en dit maakt dat we hem of haar als bekendheid nog een plaatsje hoger op de piédestal zetten. Er wordt een afstand gecreëerd die enkel en alleen ten goede komt van de bekendheid die nog meer bekendheid wil vergaren. Mission accomplished.

Mijn vermoeden dat zulke “best-of”-lijstjes bestaan in de hoofden van would-be popularities lijkt waarachtig gegrond. Alle duizenden “The Voice”-deelnemers van dit jaar hebben dus alvast hun  huiswerk voor vanavond!

Geplaatst in cursiefjes, schrijfsels | Tags: , , , , , , , , | 2 reacties

st(r)omende woorden

IMG_5494

nieuwtjes!

alweer haalde een verhaal van mij de top vijf op de site van Woordenstroom. Het gaat om steamy windows, een redelijk luchtig verhaal gebaseerd op waargebeurde feiten. Ik begin door te hebben wat voor verhalen ze bij Woordenstroom kunnen smaken. Helaas valt veel van mijn materiaal niet onder die categorie, dus het zal voorlopig de laatste publicatie bij hen zijn, tenzij ik nog wat nieuws verzin…

…maar de kans is klein want ik ben zoals bekend vooral bezig met een nieuwe roman en focus even niet op kortverhalen. Wel voltooide ik onlangs een hele reeks gedichten, die de komende maanden op de blog zullen verschijnen…

…de gedichten vormen tegenwicht voor de publicatie en verkoop van mijn debuutroman ‘Door de bomen het bos, die ergens deze week van de pers zal rollen…

…een eerste verkoopmoment zal plaatsvinden op zondag 17 september, vanaf 9u ’s ochtends, op de Parochiefeesten van Bouwel. Bij wijze van receptie ontvangt elke koper een gratis drankje! Wees welkom!

…een boekpresentatie zal er ook zijn, binnenkort in Toko 139 in Antwerpen, datum nog vast te leggen. Uiteraard hou ik jullie op de hoogte!

 

 

 

Geplaatst in het grotere werk, nieuws, schrijfsels | Tags: , , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Wilbur Smith

9200000002730133

Ja, ik lees ook wel eens schrokop-leesvoer. En daarbij is Wilbur Smith van de bovenste plank, vooral omwille van zijn kennis van zaken over Afrika en de koloniale geschiedenis. Verder is hij gewoon een meesterverteller, daar kan je niet omheen. Zelden markeer ik in zijn boeken echter waardevolle citaten, voor een keer dus wel:

“His fathers view was that only when human population had been checked and limited by extraneous factors had the common man regained dignity and a measure of control over his own destiny. The terrible depredations of the great plagues of medieval times had broken the slavery of the feudal system of Europe. They had reduced human populations to the point where men had scarcity value and could bargain for their labour once again.”

Uit ‘The elephant song’ van Wilbur Smith

Geplaatst in citaten | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

’t is (bijna) gebeurd

gravurecoverLLRigby2

Met heel veel voorzichtigheid kondig ik graag een doorbraak aan: mijn debuutroman ‘Door de bomen het bos’ is besteld bij Boekscout. Als alles deze keer goed gaat (zie puntkomma) worden er binnen een paar weken 150 boeken afgeleverd…

Momenteel moet de cover nog op punt gesteld worden (met bovenstaande afbeelding van de hand van vriend-kunstenaar d’ICK Bergfeld), und dann geht’s loss! Ik ben in ieder geval tot nu toe ZEER tevreden over de werking van Boekscout. Professioneel, snel, correct, helder. Ik durf dus hopen op een goede afloop.

Verkoopmomenten komen er zeker, en ik zal jullie er tijdig over inlichten. Maar het goede nieuws is dat het boek ook online te koop zal zijn via de website van Boekscout.

Dit nieuws is vooral voor mezelf een opsteker, gezien het momenteel erg moeilijke tijden zijn, persoonlijk dan. Iets om naar uit te kijken en me aan op te trekken. Het geeft me zelfs genoeg moed om af en toe te werken aan het volgende boek.

En als aperitiefje voor jullie, mijn dierbare lezers, bij deze alvast de flaptekst van het boek:

“Koen is een dertiger met een goed en vol leven. Wanneer zijn vriendin Kristin op een dag onverwachts vertrekt, komt dat mooie leven echter op losse schroeven te staan. Op zoek naar antwoorden en troost, besluit hij terug te gaan naar de plaats in Spanje waar hij enkele maanden eerder met Kristin was. Daar belandt hij in een onverwacht avontuur dat zijn hele bestaan op zijn kop zet. Weet hij eigenlijk nog wel wie hij is?”

Geplaatst in het grotere werk, nieuws | Tags: , , , , , , | 13 reacties

rewind

IMG_0496

Get on with your work

You say in fear

Whatever works, my friend

My doing nothing is

Not what you think

 

In a blink

I will finish deadline seven

And make you want to rewind

Until before this conversation

And wonder why you lag behind

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | Een reactie plaatsen

Leon de Winter

vdi9789023478539

“Hoe meer zij nadacht, hoe meer ze tot de overtuiging kwam dat haar vermogen om na te denken een overbodige capaciteit was; maar deze overtuiging was ook weer een gedachte, die voortsproot uit die door haar als overbodig afgedane capaciteit; ze kon haar vermogen om na te denken niet veroordelen zonder daarbij na te denken; ze zat volkomen opgesloten; ze zag geen uitweg uit de verstrikking; alles wat zij dacht, zo meende ze, was al overbodig vóór zij de gedachte had gedacht.”

Uit ‘Zoeken naar Eileen W.’ van Leon de Winter

Geplaatst in citaten | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

oscar

IMG_4479

Toen ik wakker werd vanochtend, zag ik Oscar, mijn huisspin, aan het plafond naarstig aan het werk. Ik hield hem enige tijd in de gaten en zag dat hij druk bezig was zijn prooien veilig te stellen en zijn net verder uit te bouwen. Wat werkt hij hard, dacht ik, en moest meteen bij mezelf lachen om die gedachte. Meestal zit hij namelijk gewoon als versteend in zijn net en doet helemaal niks. Dat werken is dus relatief. Als je erover nadenkt werken dieren eigenlijk nooit erg veel. Wel hard misschien, maar nooit veel.

In de lagere school leerde ik al dat ook wij dieren zijn, zoogdieren meerbepaald. Maar wij werken wel veel. Ledigheid is in onze diergroep nauwelijks toegestaan. Het dier in ons verlangt er wel naar en soms geven we ons eraan over, maar dan slechts mondjesmaat en veelal stiekem. Ook bedacht ik me dat de spin werkt zonder dat een baas hem dat vertelt, zonder dat hij er geld voor krijgt. Hij werkt enkel voor wat hemzelf aanbelangt. Eten en een plek om te wonen, dat zijn zijn drijfveren. Bij de oermens was het niet anders. Hij jaagde, verzamelde vruchten, maakte vuur en zocht of bouwde een onderkomen. Dat was genoeg. Waarom is dat vandaag niet meer genoeg, vraag ik me af. Hoe zijn we zo kunnen afdwalen? Waarom lopen we als slaven achter het geld en onze bazen, waarom kunnen of mogen we niet meer niéts doen?

Aan de andere kant bezit de mens de gave voor creativiteit, die losstaat van het voorzien in voedsel en onderdak. Bij andere dieren komt creativiteit zeker ook voor, maar die is geloof ik meestal functioneel, met als doel het aantrekken van een partner, bewijzen dat men de beste kandidaat is voor het voortzetten van het ras. De zoektocht naar schoonheid en de creatie ervan lijkt bij de mens inmiddels louter op zichzelf te staan. Kunst om de kunst. Daarin verheffen we ons dus boven de andere dieren, of is dat wel zo? Zou het kunnen dat ook ónze creativiteit een oerdrang is, een kracht gemotiveerd door het verlangen gezien te worden door mogelijke partners, om onze meerwaarde in de pikorde te verwerven?

Is het, in dat geval, niet vreemd dat niet iedereen bezig is met het maken van kunst?

Geplaatst in cursiefjes, schrijfsels | Tags: , , , , , , , | 5 reacties

Houellebecq

1001004002610521

“We hadden dus niemand om uit te nodigen in onze luxevilla; niemand om samen een glas rioja mee te drinken en naar de sterren te kijken.Wat konden we dan doen? Dat vroegen we ons af terwijl we door de duinen liepen. Leven? Precies in zulke situaties, verpletterd door het gevoel van hun eigen onbeduidendheid, besluiten mensen kinderen te maken; zo plant de soort zich voort, zij het dan steeds minder.”

“Ongetwijfeld had ik in mijn betrekkingen met andere mensen de neiging gehad […] om de uitzichtloosheid van mijn toestand te overdrijven. Iets in mij wist dus, had altijd geweten dat ik uiteindelijk liefde zou vinden – ik heb het over gedeelde liefde, de enige die telt, de enige die ons inderdaad naar een andere waarnemingssfeer kan leiden, waar de individualiteit openbarst, waar de uitgangspunten van de wereld gewijzigd lijken en het voortbestaan ervan gerechtvaardigd.”

“[…]en eigenlijk leek het me logisch dat het uitwisselen van ideeën met iemand die je lichaam niet kent, die niet in staat is het ongelukkig te maken of juist vreugde te schenken, een onechte en uiteindelijk onmogelijke exercitie is, want wij zijn lichamen, wij zijn vóór alles, in de eerste plaats en bijna uitsluitend lichamen, en de toestand van onze lichamen vormt de ware verklaring voor de meeste van onze intellectuele en morele opvattingen.”

“Waarom zou je een lichaam blijven onderhouden dat door niemand wordt aangeraakt? En waarom zou je een leuke hotelkamer zoeken als je er in je eentje moet slapen? Na al die anderen die ondanks hun hoongelach en hun grimassen uiteindelijk waren gezwicht, moest ik me wel gewonnen geven: immens en bewonderenswaardig was beslist de kracht van de liefde.”

Uit ‘Mogelijkheid van een eiland’ van Michel Houellebecq

 

 

Geplaatst in citaten | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

communication

IMG_4205bis

een héél oude column, ver voor de tijd van de smartphones…of hoe snel het toch allemaal weer verandert…

We zijn er zo aan gewend geraakt. Jaren geleden was ik fervent tegenstander van dat ding, dat toestel, dat vernuftige hoopje technologie dat we gsm noemen. Toen waren dat nog monsters van toestellen, zo groot en omslachtig, het summum van wansmaak en snobisme. Ik haatte de dingen en verachtte de mensen die zich verlaagden tot de aanschaf –en het ostentatieve gebruik!- ervan.

En zie nu, vele jaren later, kan ik mijn eigenste mobiele telefoon amper nog missen. Ik ben vanavond hopeloos gestrand, schuld van een lege batterij. Mijn gsm is gereduceerd tot een hoopje levenloos schroot. Een mini-hoopje weliswaar, tegenwoordig is het niet meer voldoende dat het ding ‘in je hand past’, het moet bij voorkeur ook in een kinderhand passen. (Waarom dat dan zo handig zou zijn ontgaat me volkomen. Als ik met mijn tengere vrouwenvingers al moeite heb om niet twee toetsen tegelijk in te drukken, waar zijn we dan mee bezig? Esthetiek boven pragmatiek, uiteraard.)

De situatie dus: ik zit hier alleen en verweesd om me heen te kijken en me af te vragen waarom nu net op deze avond geen van mijn vrienden of kennissen in het stamcafé aanwezig zijn. Als we al niet telefonisch kunnen communiceren met mekaar, is de kans toch nog steeds groot dat we mekaar net daar, op dat centrale punt in ons leven, kunnen ontmoeten, zonder tussenkomst van enige moderne techniek. Maar het geluk is mij ongunstig gezind vandaag en het toeval heeft al mijn kennissen vanavond een ander pad opgestuurd. En moest dus nu mijn o-zo-trouwe toeverlaat en levenspartner (dezer dagen ga ik zelfs slapen en word ik wakker naast hem, jawel, hij fungeert evenzeer als wekker) mij nu niet in de steek gelaten hebben, zou ik ervoor kunnen zorgen dat er op zijn minst één briesje een compagnon mijn richting uitstuurde.

Ach ja, het is wat het is, en met al de techniek van de wereld is er op dit ogenblik toch niets dat ik kan doen om mijn lotsbestemming van de avond te veranderen. Ik drink een pint, zit alleen voor mij uit te staren, rond te kijken en begin zwijgzaam te beseffen dat ik eigenlijk wel even dankbaar ben om de rust. Het bier smaakt, de mensen rondom mij blijken niet te merken dat ik hier moederziel alleen zit en laten mij vreedzaam met rust. Des te beter. De muziek is aangenaam, de gezellige sfeer en het geroezemoes verwarmen me en ik weet plots dat niemand van mijn vrienden dit moment zou kunnen verbeteren. De perfectie van deze solitaire roes lacht me toe en ik dank in stilte de tekortkomingen der techniek. Een goede levensgezel weet wanneer hij moet zwijgen.

Geplaatst in cursiefjes, schrijfsels | Tags: , , , , , , | 1 reactie

Greg Houwer

foto-binnenkant-blue-album-2

Een aantal mooie citaten uit ‘Het Witte Boek’ van collega-schrijver Greg Houwer. Zeer de moeite waard, vol humor, scherpe inzichten en weetjes over The Beatles. Te verkrijgen via zijn website!

“Ik weet niet of ik mezelf een filosoof wil noemen. Doet er ook niet toe. Ik houd gewoon van filosofische vragen. Filosofische vragen weken de dingen los van hun realiteit. De steen trilt in al zijn fantoomgestalten boven zichzelf. De geschiedenis wordt een kaleidoscoop van parallelle universa. En de filosofische mens wordt wat hij altijd al is geweest: niemand. Iedereen. Filosofie is leren sterven, omdat met iedere filosofische vraag een wereld wordt begraven. Misschien is het ook daar dat kunst begint — de kunstenaar als een kind dat bloemen plukt op het graf van de filosoof.”

Ik koop en lees kranten zoals ik fruit consumeer, uit een streven naar morele excellentie, maar zelden met veel smaak.”

“Ik was een weirdo. Een freak. So what? Terwijl mijn vinger de sterren verder met mijn gedachten verbond, namen mijn voeten automatisch de stuntelige pas aan van het excentrieke genie en voelde ik de nood opzetten wild met mijn hoofd te schudden en luid te blaffen, zomaar.”

Er zullen altijd mensen zijn die beter zijn dan jou,’ zei hij. ‘Dat moet je kunnen aanvaarden. Maar wat je ook moet kunnen aanvaarden is dat er anderen met minder talent zijn die toch heel wat verder geraken. Maar hoe doe je dat? Hoe kán je zoiets aanvaarden?”

Iedere ziekte, gelooft hij, is een boodschap die de zieke voor erger probeert te behoeden. Hij is ervan overtuigd dat het lichaam meer ‘weet’ dan de persoon, zoals een leeg blad ook meer ‘weet’ dan de dichter — een van zijn lievelingsvergelijkingen. De dichter mag nooit te snel gaan volgens Diederich, anders raast hij overal aan voorbij. Hij moet geduldig wachten, tot hij zelfs vergeten is dát hij iets zoekt. Pas dan zal het gezochte naar hem op zoek gaan.”

“Ik vind het […] om te kotsen, dit leven zonder liefde. Waarom moet ik eten als het alleen is om in leven te blijven en de verveling te rekken? Ik wil eerst liefde, en pas dan kan mijn maag weer voedsel verwerken, zo is het nu eenmaal.”

Geplaatst in citaten | Tags: , , , , | Een reactie plaatsen

woordenstroom II

Nog eens een leuk nieuwtje uit Rigbylandia: ik word voor de tweede keer gepubliceerd op de website van Woordenstroom, een platform voor verhalen en poëzie. Elke drie maanden kan je een professionele beoordeling winnen van schrijfcoach Alicia. De vijf beste verhalen verdienen een plaatsje op de site. Voor alle duidelijkheid, ik won niet, maar eindigde wel bij de vijf besten, met mijn verhaal Groen.

Een opsteker, zeker gezien het al een tijdje stil was rond publicaties en wedstrijden. Ik stuur daarom niet minder werk rond, maar helaas is deze publicatie de eerste van het jaar.

De stroom woorden die uit mijn brein ontspruit, is allerminst opgedroogd, maar werk aan het nieuwe boek neemt het grootste deel van de tijd in… meer daarover binnenkort!

 

Geplaatst in nieuws | Tags: , , , | 3 reacties

helaas

IMG_2081

Je ogen die net niet

glimlachen, maar wel willen

  • willen willen

werpen een schaduw op mijn

glimlach, die wel wil

maar je niet kan

ontdooien

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | 1 reactie

een droom

een zeer oud gedicht….

P1000566

liefhebben zoals in mijn dromen

is een droom

ik hou van haar

of tenminste

ik hou van haar in mijn dromen

houdt zij ook van mij

in háár dromen?

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | 2 reacties

avond

IMG_0615.JPG

ik

ben

degene die

in het donker

de zwaarste waarste dingen

 

schrijft

in

een mooi

handschrift dat met

de tijd zijn eigen

 

eigenheid

genereert en

dus de kracht

en de macht heeft

 

om

de woorden

een waarde en

waarheid toe te dichten

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | 1 reactie

anders

P1020048

Anders dan gewoon

val ik niet uit de toon vergeet

ik de gedachten maar niet de

droom.

 

Je ziet dat

dingen eenvoudig kunnen zijn wanneer je ze

langzaam en ongefilterd

doorslikt.

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | Een reactie plaatsen

hoog

hoog

Gedicht geschreven voor een wedstrijd van het Centrum voor Beeldexpressie bij deze foto. Ik kan helaas niet meer terugvinden door wie de foto werd gemaakt.

 

In een warrig web

van onsamenhangende

details

toornt een toornige

toren tergend

traag

boven ons uit terwijl

wij, allesbehalve

laag

de vraag met

gemiddelde snelheid

wegslikken

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

parole

IMG_2057

woorden zijn de

oorsprong, maar ook de

boorden van het

zijn en de herkomst, de

komst van het komende

wat nooit de echtheid van het

nu

zal overtreffen

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | 4 reacties

twee jaar

P1020139

hieperdepiep, de blog (het blog? wat is het nu eigenlijk?) bestaat vandaag exact twee jaar!

De bezoekersaantallen en de volgers groeien gestaag, maar belangrijker is dat ik al die tijd materiaal uit mijn mouw blijf schudden! De wordpress statistieken vertellen mij dat ik in totaal over de 100 berichten heb geplaatst, daarbij val ik zelf even van mijn stoel. Goed, er zitten ook wat citaten bij uit de boeken die ik lees, wat uiteraard niet mag doorgaan als eigen materiaal. Verder mag het duidelijk zijn dat de laatste maanden vooral gedichten de blog haalden, maar ik begrijp (alweer uit de statistieken) dat die jullie wel kunnen bekoren.

De reden dat er zoveel gedichten verschijnen is eenvoudig: ze vallen aan de lopende band uit mijn pen, letterlijk dan nog! Verhalen schrijf ik op de computer, gedichten dringen zich oldschool aan me op – in een schriftje met potlood of pen, soms wel tien op een avond. Waar ze vandaan komen weet ik echt niet, maar ze bruisen net zolang in mijn lijf tot ze openbarsten aan de oppervlakte.

De reden dat er minder verhalen verschijnen is dubbel. Enerzijds schrijf ik er minder, anderzijds hou ik ze vaak lange tijd achter om ze te kunnen inzenden naar wedstrijden en literaire tijdschriften. Vaak maken enkel ongepubliceerde verhalen daarbij een kans, vandaar. Ik beloof echter dat er zeker dit jaar nog een aantal kortverhalen te lezen zullen zijn op deze blog…!

Dat ik minder kortverhalen schrijf heeft overigens ook te maken met het feit dat ik ondertussen begonnen ben met (het verder uitwerken van) mijn tweede roman. Hoewel de eerste roman nog steeds ongepubliceerd in de kast ligt, heb ik besloten om vooruit te kijken en eindelijk aan iets nieuws te beginnen. En, toeval of niet, maar plots dient zich nu een uitgever aan die het eerste boek WEL wil uitgeven. Nog niks is zeker of beslist, ik hou jullie in ieder geval op de hoogte, en werk ondertussen gezapig verder aan boek II.

bedankt! en nog veel leesplezier gewenst!

LL

Geplaatst in het grotere werk, nieuws | 9 reacties

the girl and her king

IMG_2255

I was king

in the land of the small

in the midst of them all

was a little girl who on a whim

asked me about my secret within

 

She said:

Do you rule the world

that mighty mighty place

of which we have all heard

or just this kingdom of

mistrust and disgrace and

not even a single bird

 

She sighed

when I bowed my head and

doubted in dread if

I – king of the ones I lead

would answer her at all.

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | 1 reactie

baardbeeld

IMG_5017bis.jpg

De baard van mijn kat, wit en

Graag heen en weer gestreeld

Het beeld van mijn geliefde, zwart en

Glimmend van aangeboren vreugde

 

Zoetje zotje liefje

 

Je bent mijn grijswaarde, mijn

Nuance voor de weergave van

Mezelf en de baard die op

Mijn tanden groeit

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | Een reactie plaatsen

ondoordringbaar

DSCN4832

Tijd maken

Op het ritme van jouw hartslag

Valt me

Makkelijk

Makkelijk

Is anders wanneer je

Onderweg

Uit mijn pas loopt

Loopt

Het water door het mos van mijn huid heen

Dan is ons

Bos niet ondoordringbaar

Maar

Laten we het niet moeilijker maken dan

Het

Is

De

Liefde

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | 1 reactie

drie vingers

Ierland14 (6)

Drie vingers

die ik als blaadjes van madeliefjes

een voor een voor een

met onverschrokken genot verwijder van het bot

en alzo de vrijheid verleen

 

Slechts drie vingers

de rest mag je houden als je dan toch

per sé met twee handen

mij wil beschrijven zodat onze lijven

niet onbegrepen zouden stranden

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | 2 reacties

vaag

P1020031

Breek mijn schreden op

in parten, ruik mijn ziel

eet mijn korsten en

weet mijn smarten.

 

Vertraag me

Behaag me

Verdraag me

 

Laat me in al mijn

banaliteit stinken in

je alleswetende armen en

omhels mijn perversiteit.

 

Wees vaag

Waag het en

Zie me graag

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | 2 reacties

Tommy Wieringa

joespeedboot

“Want veel mensen moesten Joe niet, er was te veel onbegrijpelijkheid aan hem. De meeste mensen zijn gemiddeld, sommige zelfs ronduit minderwaardig; maar ze zijn allemaal heel gevoelig voor de hogere concentratie energie of talent in de bovengemiddelde mens. Hebben zij geen beschikking over datgene wat licht geeft in jou, dan jij ook niet. Ze hebben geen talent voor bewondering, alleen voor slavernij en afgunst. Ze stelen het licht.”

“Onder het eten luisterde ik met een half oor naar een kunstprogramma op Radio 1, waarin de vragenstellers voornamelijk geïnteresseerd waren in de persoon van de kunstenaar en bijna nooit doorvroegen over diens werk. Ik liet de zender opstaan omdat er soms een vonk van originaliteit en kwaliteit oversprong die heilzaam was tegen mijn lage verwachting van de dingen.”

uit ‘Joe Speedboot’ van Tommy Wieringa

Geplaatst in citaten | Tags: , , , | 2 reacties

theo said

Maastricht14 (2)

Theo said we should

do the normal thing

I asked what he meant

‘You know,’ he said

I knew I should

but didn’t and instead

vaguely shook my head

kissed him and that

was that

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , | Een reactie plaatsen

de zin van je leven

zinvanjeleven

Creatief Schrijven organiseerde een wedstrijd met bovenstaande titel. De opdracht was simpel: stuur een zelfgeschreven zin in die helemaal raak is.

Mijn zin haalde de top tien (!!!) en wordt dus alvast omgezet in een bodypaint-tattoo op de Schrijfdag in het Felix Pakhuis in Antwerpen op 25 maart. Ik kan daar zelf helaas niet aanwezig zijn, maar misschien jij wel, check it out: Schrijfdag 2017

Mijn zin maakt nog kans op een podiumplekje, en daar kan jij bij helpen, door hier te stemmen!!! De andere zinnen zijn ook de moeite, dus stem vooral op de zin die je zelf de leukste vindt. Ook medeblogger en schrijf-kompaan Ward Mertens staat in het lijstje, voor zij die fan zijn 🙂

dank om te stemmen! hier dus he: Stemmen maar!!!

 

Geplaatst in nieuws | Tags: , , , , , , | 3 reacties

Jeroen Olyslaegers II

wil

“Alles wat hij ervan wist had een ander hem verteld op televisie of was hem als pap in de mond gegeven door een of andere gazet die uw vaders geliefkoosde waarheid met veel zwier op het menu zette, in de hoop dat hij en al die andere verontwaardigde lezers ook de dag nadien hun telloor van verontwaardiging zouden binnenspelen.”

“Voor hetzelfde geld en met permissie gezegd is niks van wat ook waar. De dood maakt het leven van een artiest overzichtelijk, genesteld in zijn nu ongenaakbaar oeuvre, zijn meteen al legendarische voorkeuren en wat zijn vrienden over hem zeggen. De dood bespaart op schaamte, keuzes waar men spijt van krijgt of niet. De dood is vooral op schoonheid belust wanneer hij een jonge dichter velt. Wie te lang leeft, loopt een ernstige kans om in ieders ogen te eindigen als een prutser of een smeerlap. Angelo zegt: leg die blanke hals op het kapblok van de geschiedenis. Helaas, om dat te doen, om zelfs maar het verlangen te voelen geknakt te worden door een vroege dood, dient men over de verzen te beschikken die heel uw ween over de drempel van de vergetelheid tillen. En die heb ik nog niet en de hoop dat ze ooit hun weg naar het papier zullen vinden is nogal schaars de laatste tijd. Mijn dagboek is een onafgebroken klaagzang en een gedicht dat ik onlangs halfdronken uit men pen kreeg, heeft me dagen van schaamte bezorgd. […] Waar komt die kitsch vandaan? Dat is geen glorieus copuleren met de Muze, dat is zaad storten in een onderhand stijf staande zakdoek.”

uit ‘WIL’ van Jeroen Olyslaegers

Geplaatst in citaten | Tags: , , | Een reactie plaatsen

ritme

IMG_2483

Het verlangen aangeraakt en

gezien te worden. De lucht die

zwaar om me heen valt. Inertie die

me in een spiraal van schuldgevoel

doet belanden. Het verlangen te

huilen huilen huilen.

 

Iemand die voor me zorgt.

Dat is wat ik nodig heb.

De ochtend samen ontbijten.

De avond samen vrijen.

Alles daartussen nog steeds zoal het is.

Alleen dan minder onoverkomelijk lang.

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | Een reactie plaatsen

the real mccoy

Twee wilgen praten over hun onmogelijke verlangens en hun onuitputtelijk verdriet. Een treurwilg hoort hun klaagzang van op een afstand en denkt: ‘wannabees’.

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , | 1 reactie

jammer

De lucht was droog en deed zijn stem krassen, terwijl de hitte de uitgestoten halfzinnen in een seconde deed verkrampen. Helaas was de atmosfeer droog noch warm genoeg om ook de tranen die in zijn ooghoeken opwelden te doen verdampen.

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , | 1 reactie

nacht

IMG_2252

De zweetlucht die in volle

Romantiek onder zijn armen

Uitwalmt onthult wat de verder

Reukloze stilte en

Sterrenloze nacht van ons

Verwacht:

Gespreide vingers

Huid op vochtige huid

Adem buiten adem

Spieren de kramp nabij

Het hart een hopeloze

Toeschouwer van wat

Wel eens het hele leven

Zou kunnen zijn

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | 1 reactie

parabel van het schip

P1000685

Nelo was zoals iedereen opgegroeid op een schip. Niet bij iedereen echter werd dat schip bestuurd door twee personen, bij Nelo wel. Kapitein stond aan het roer, Tweede Stuurman hield het schip schoon. Af en toe wisselden ze wel eens. Het was een goed schip waar de jongen op groot werd gebracht en dat voelde hij zelf ook zo aan. Toen Nelo ouder werd leerde Kapitein hem alles over het weer, het water en het roer. Tweede Stuurman vertelde hem alles over het onderhoud van het schip en over de verhoudingen tussen een kapitein en zijn bemanning. Toen hij achttien werd voelde de jongen zich geen jongen meer maar een man en kocht zo snel mogelijk zijn eigen schip. Niet al zijn leeftijdsgenoten deden dat, velen kozen ervoor om voor even of zelfs voor lange tijd op het schip van hun jeugd te blijven varen.

Nelo wist dat hij geluk had gehad alles te kunnen leren wat hij moest weten om zijn eigen schip te kunnen besturen; hij zag dat dat bij anderen vaak niet zo was. Hij koos er bewust voor om geen bemanning te nemen. Hij had zoveel zin om het geleerde in de praktijk om te zetten en wilde dat het liefste helemaal zelf doen. Nelo genoot met volle teugen. Heel af en toe stak er wel eens een kleine storm op die hij dan moedig alleen trotseerde, maar er was hem nog niks overkomen waar hij niet tegen opgewassen was. Na een tijdje voelde Nelo af en toe de nood om toch even uit te blazen en begon hij te zoeken naar bemanning. Een geschikte Tweede Stuurman vinden bleek echter niet gemakkelijk. Sommige kandidaten nam hij een tijdje mee aan boord, maar Nelo merkte al gauw dat ze niet compatibel, niet capabel of eenvoudigweg niet interessant genoeg waren. Uiteindelijk vond hij dat wanneer je samen een schip deelde het toch ook een beetje gezellig moest zijn. Zo bleef hij dus maar alleen verder varen en stiekem vond hij dat nog steeds het leukste. Hij genoot van zijn eigen gezelschap en vond dat hij kon sturen als de beste.

Jarenlang ging dat prima, tot er plots een herfst aanbrak met heel veel en heel grote stormen. Met veel vaardigheid stuurde Nelo, die inmiddels een echte man was geworden, het schip over de woeste zee en overwon telkens meer gevaren. Langzaamaan voelde hij zich weliswaar moe worden, maar hij wist dat er zonder Tweede Stuurman geen mogelijkheid was tot rusten en zette dus moedig door. Gauw zou de zon weer schijnen en dan kon hij even bijkomen. Storm na storm bleef zich echter aandienen en putte zijn lichaam en geest helemaal uit. Het werd zo erg dat hij op een gegeven moment het allerliefst zijn roer wilde loslaten. Nelo wist dat hij dan tenonder zou gaan met het schip waar hij zo van hield. Telkens opnieuw deed zijn liefde voor het schip hem volhouden, maar het kostte hem steeds meer moeite.

Toen op een dag een heuse orkaan uitbrak wist Nelo dat hij niet de energie had om zich er nog doorheen te slaan. Hij had twee keuzes. Het roer loslaten en snel onder de golven verdwijnen, of met zijn laatste restjes energie het roer nipt vasthouden wetende dat het bijna onmogelijk was om op die manier veilig door de storm te raken. Op hoop van zege koos hij voor het laatste.

Liggend op het kletsnatte dek, met één hand het houten roer boven zijn hoofd vastklemmend en kijkend naar de dreigende hemel vol bliksemschichten gaf hij zich over aan wat zou komen. De ene gedachte na de andere flitste aan hem voorbij. Hij dacht aan het schip dat hij zou verliezen, dat ooit mooi was maar dat er door de vele stormen eigenlijk vreselijk aan toe was. Hij dacht aan alle aspirant-bemanningsleden die hij aan boord had gehad en wist dat geen van hen in staat zou zijn het nu van hem over te nemen. Toch voelde hij jaloezie egens alle andere Kapiteins die hij kende die wel een Tweede Stuurman aan boord hadden. Hij dacht aan de Kapitein en Tweede Stuurman die hem hadden grootgebracht, die zo’n mooi team hadden gevormd. Hij voelde verdriet en boosheid omdat anderen er wel waren in geslaagd het perfecte scheepsmaatje te vinden. Zij hebben het niet zo zwaar als ik! Waarom moet ik alles alleen doen! Ik ben te moe om het nog alleen te doen! Maar hij wist dat de ideale Stuurman niet zomaar uit de lucht zou komen vallen omdat hij die nu nodig had. Hij vroeg zich af of iets hem nu nog zou kunnen redden. Hij voelde zich al verloren, maar liet toch het roer niet los.

Uren of misschien wel dagen later werd Nelo wakker van een zonnestraal die zijn gelaat verwarmde. Hij opende de ogen en probeerde om zich heen te kijken. Zijn hele lichaam verkrampte van de pijn wanneer hij zijn hoofd draaide om de ravage rond hem te aanschouwen. De mast van het schip was afgeknakt en had zich op nauwelijks een halve meter van Nelo in het schip geboord. De relingen waren afgebroken, de achtersteven leek door een monster te zijn opgeslokt. De voorsteven kon Nelo niet zien maar langzaam daagde het hem wel dat er nauwelijks meer van het schip over was dan een stuk van het dek. De hemel was nog steeds grauw en grijs, een klein gaatje in het wolkendek zorgde ervoor dat die ene zonnestraal precies op zijn gezicht neerviel. Zijn hand zat niet meer om het roer geklemd, dat waarschijnlijk ook geen dienst meer deed. Hoe het mogelijk was dat de golven het schip niet geheel hadden verzwolgen kon hij moeilijk bevatten, maar hoe langer hij erover nadacht hoe meer hij hierin een teken van de goden zag, die voor hem nog een toekomst in petto hadden. Maar hoe moest dat dan, zonder schip? Traag klauterde hij overeind en zag dat er inderdaad niet meer over was van het dek dan een schamel vlot. Hij had geen idee van waar hij zich bevond en begon de einder af te speuren.

Terwijl de uren voorbijgleden en de hemel steeds meer opentrok begon er vanuit het diepste van zijn ziel een gevoel van hoop op te borrelen. Een vaag plan waarvan de contouren steeds zichtbaarder werden. Hij moest enkel eerst… Daar! Zag hij daar niet…? Jazeker, daar aan de horizon, in paarse nevelen gehuld, een donkere streep… Land! Ondanks de pijn in zijn lichaam sprong hij op en neer van pure blijdschap. Met een overgebleven stuk reling begon hij het vlot richting kust te sturen, en terwijl de paarse gloed plaatsmaakte voor een fonkelende sterrenhemel wist hij dat daar op dat stuk land de antwoorden lagen. Daar zou hij in alle rust wachten tot het juiste scheepsmaatje voorbij zou komen – het mocht zelfs ook een Kapitein zijn, dan werd hij zelf wel Tweede Stuurman! Het idee opnieuw alleen een schip te besturen lonkte niet meer. Al moest hij vijftig jaren aan land wachten, hij zette geen voet meer op een schip zonder het perfecte maatje…

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , , | 2 reacties

één is droom

IMG_4540

Eén is geen

Twee is veel

Drie is droom

Vier te ver voor –

 

Menig hart voelt

Meer meer meer

          – terwijl we weten:

          Eén is geen (om te ontzien verwaarlozen minachten)

          Eén is veel

          Eén is droom en nooit te ver voor –

 

Eén is wat we uiteindelijk

Geen onzichtbaarheid mogen verlenen

Zolang twee en drie de rest bedelen

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | 2 reacties

halfzin

Ik vraag me soms af, zei ze, of we in onze gedachten ooit volzinnen maken.                           Ik zou het niet …, dacht en wilde Hans gaan zeggen maar hij zag aan haar blik dat ze al op een volgend idee aan het kauwen was, ongetwijfeld in vijfvoetige jamben.

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , | 2 reacties

de zee

DSCN4713

Ik in het gras

Denkend dat jij het was

          maar nee

Alles wees naar de zee

Waarin je verdween en ik

          alleen

Kwam bovendrijven

De zilte lucht proevend

Wetend dat ik nu

Voorgoed en enkel nog

          ik

                     kon zijn.

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | 2 reacties

bypass

IMG_7657

Alles wat we allemaal
als waar beschouwen
bestaat zowaar bij gratie
van bedrog, bijziendheid, belangen,
om te pas en te onpas
te benutten
totdat dezen en diegenen
daar de vinger leggen
diep in de wonde die
doet spartelen en twijfelen
opdat ook de onbegrepen onwetendheden
het licht mogen zien

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | 3 reacties

altijd alles

Congreso klok

Niemand weet werkelijk, iedereen weet
Alles vervreemdt en verblijdt
Altijd als we aan generzijd-
De tijd verdoen verneuken verzieken verkijken
bekijken beluisteren bedenken en
bezielen
Terwijl de anderen die niets meer om handen
Hebben wat ze niet hoeven
Begeren wat niemand voor
een prijs kopen
kan

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | Een reactie plaatsen

Julian Barnes

“[…] life is a gift bestowed without anyone asking for it; the thinking person has a philosophical duty to examine both the nature of life and the conditions it comes with; and if this person decides to renounce the gift no one asks for, it is a moral and human duty to act on the consequences of that decision.”

uit ‘The sense of an ending’ van Julian Barnes

Geplaatst in citaten | 1 reactie

poll

omdat ik nieuwsgierig ben, en omdat ik overweeg om mee te doen aan de grote Turing Gedichtenwedstrijd maar geen idee heb wat ik zou moeten/kunnen insturen, vraag ik het gewoon maar eens:

Wat is jouw favoriete LL-gedicht (en eventueel: waarom)? Klik rechts op ‘gedichten’ voor een duidelijk overzicht.

dankdank!

Geplaatst in nieuws, woordhoopjes | Tags: , , , | 4 reacties

twee

IMG_7668

De goedbedoelde bedoelingen
van de medemens
zijn irritant en evenzo
ongekend vertederend
Net zozeer als
de neerwaartskronkelende kronkels
van de eigen ziel
tegelijk laf en
prachtig baldadig
zijn

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , , , , | 2 reacties

James Baldwin

For I am – or I was – one of those people who pride themselves on their willpower, on their ability to make a decision and carry it through. This virtue, like most virtues, is ambiguity itself. People who believe that they are strong-willed and the masters of their destiny can only continue to believe in this by becoming specialists in self-deception.”

uit ‘Giovanni’s Room’ van James Baldwin

Geplaatst in citaten | Een reactie plaatsen

zin

fotos najaar08 062

Totale onzin is het
dat alles zin
heeft
De on-zin van alles
in zijn onzinnige totaliteit
is wat mij de zin in
hoedanigheid
beneemt
Vervreemd van alles
heb ik enkel zin in
champagne met kaviaar
voor ik mezelf volledig
perte totale
verklaar

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | 2 reacties

Jessica Durlacher

“Weer een uitspreker, een prater. Wat wilde ze? Waarom zeiden mensen dingen die je alleen hoefde te denken?”

“Mijn eigen geschrijf vorderde niet. Schrijven bestond in mijn hoofd, als idee, als ideaal. Het formuleren van brutale, vermetele woorden voor al mijn latente agressie maakte me soms opgewonden van zelfvertrouwen, maar tot op heden was het me niet gelukt te bedenken wat ik eigenlijk wilde vertellen.”

“Ik wist nu dat ik kennelijk slecht in liefde was, dat er iets in mij was dat liefde afstootte. Op de ergste momenten had ik het gevoel dat ik zo goed als dood was. […] Wanneer ík zonder argwaan was, wilde men kennelijk van mij weg.”

“Er zit altijd zo verschrikkelijk veel tussen voelen en zeggen: ‘jezelf uitdrukken’ is meestal al op hetzelfde moment een leugen die achter de emotie aanhinkt of haar juist voor is.”

uit ‘De dochter’ van Jessica Durlacher

Geplaatst in citaten | Tags: , , | Een reactie plaatsen

gekaapt

La Cruz

Dit was mijn inzending voor de Grote Lowlands Schrijfwedstrijd die helaas de longlist niet haalde… Heb nog even getwijfeld of ik het nog voor een andere wedstrijd zou gebruiken, maar ach, ik verzin wel weer wat nieuws en wil jullie het verhaal niet langer onthouden.

 

I

Anton ligt al dagen op de bank. Hij leest of kijkt tv. Staat af en toe op om een pizza in de oven te duwen of een boterham met confituur te smeren. Overdag drinkt hij liters water, ’s avonds schakelt hij over op wijn, in de hoop dat het hem enigszins zal verlichten, wat het meestal niet doet.

Zijn lichaam speelt hem parten. Hij vraagt zich af of het verbeelding is. De ene ochtend wordt hij wakker met stekende oorpijn, de andere met maagkrampen of een zere rug. Wat de symptomen ook zijn, ze verdwijnen elke keer na een uur of wat. Dan denkt hij dat het beter gaat, dat hij maar aan de slag moet. Maar nadat hij zijn ontbijt heeft genuttigd en zich voorneemt een aantal klusjes in huis te doen, speelt de volgende kwaal alweer op. Dus strekt hij zich uit op de bank, in pijn en uiterste verwarring.

Het huis is van zijn moeder, die een half jaar geleden overleed. Hij was in Afrika en kon niet bij de begrafenis zijn. Beirens, de advocaat en tevens vertrouwenspersoon van zijn moeder, had alles geregeld. Andere familie was er niet meer. Nu weet hij niet of hij spijt voelt dat hij geen afscheid heeft kunnen nemen. Schaamte, hooguit. Dat hij zo met David bezig was dat hij het zichzelf niet toestond om aan wat dan ook daarbuiten te denken. Nu hij weer terug is, is het een vreemde gewaarwording. Alsof hij naar het beeld van zichzelf in Afrika, in de armen van David, kijkt en niet helemaal begrijpt wat hij ziet.

Uiteindelijk werd het Zuid-Afrika omdat de vastgelegde data voor de pakketreis hem het beste uitkwamen. Toeval dus eigenlijk. Of het ook toeval was dat hij net in de tourwagen van David was beland wist hij niet. En of het toeval was dat die enkel hém na verloop van een week uitnodigde voor een braai wist hij ook niet.

Hij ging, ontmoette Davids familie, at gegrild vlees, dronk Kaapse wijn en bloosde onder Davids blik. Of David ook moest blozen was niet te zien, Afrikanen hebben hun huidskleur om zich achter te verbergen. Toch moet het zo geweest zijn, want na nog een paar ontmoetingen greep David hem op een avond abrupt bij de pols en vroeg – smeekte: ‘Blijf toch hier, Anton.’ ‘Wat bedoel je, hier? Hier bij jou, vanavond?’ ‘Dat ook,’ voegde David er met een ondeugende blik aan toe, ‘maar ik bedoel hier, in Zuid-Afrika. Waarom wil je terug naar Europa?’

Tja, dat was een zeer goede vraag. Waarom zou hij teruggaan? Waarom zou hij eender waar heen gaan? Hij werkte als vertaler, kon overal ter wereld werken. Hij had zich simpelweg nooit de vraag gesteld of hij ergens anders dan thuis wilde zijn. Maar nu was hij hier. Met David.

Zuid-Afrika had een aangenaam klimaat, fijne mensen. Daar had hij echter thuis ook niet over te klagen. Het grootste verschil dat hij kon bedenken was dat thuis geen David was die door zijn huid heen leek te kijken, wat hem een licht onaangenaam maar toch vooral bevrijdend gevoel gaf, alsof hij voor het eerst echt bestond, bij gratie van Davids blik.

Sinds hij terug thuis is heeft hij geen vertaalwerk meer ontvangen. Hij glimlacht bitter om de ironie. In Zuid-Afrika kreeg hij vaak opdrachten toegestuurd, die hij met slechts een halve blik op zijn scherm gewillig negeerde. Alles buiten David was in nevels gehuld. Hij bewoog zich als in slow motion door de stad, dronk een biertje, liep weer verder. Tot hij weer de zonovergoten nacht van Davids liefde in mocht, waar hij, Anton, het levenslicht zag.

Het huis is toe aan een opknapbeurt, hij heeft een lijst aangelegd met klusjes die hij zelf kan uitvoeren, voornamelijk schilder- en timmerwerk. De lijst die al twee weken onaangeroerd op tafel ligt geeft hem een doel, een reden om op te staan. Toch heeft hij, behalve het aanschaffen van materiaal, nog niets uitgevoerd. Voorlopig blijft hij aan de bank gekluisterd, leest boek na boek en kijkt af en toe een film of een documentaire. Als er één over Afrika wordt uitgezonden schakelt hij zonder verpinken door naar een andere zender.

Wat er precies misging kan hij nauwelijks navertellen. Hij hield van David. David hield van hem. Wanneer hij bij David was, was alles goed en vol kleur. Wanneer hij niet bij David was, had de dag geen zin, behalve het tellen van de uren en minuten die hem scheidden van het weerzien. Dat vond hij prima, hij genoot haast van het wachten, het ronddolen in het ijle; de zoete pijn van het verlangen om eindelijk weer te mogen bestaan in de weerspiegeling van Davids zwarte pupillen.

Niets was veranderd aan dit gevoel, toch was hij teruggekomen naar het land waar hij nu wees moest zijn. Het bericht van Beirens dat zijn moeder was overleden had hij destijds gelaten naast zich neergelegd. Ze was dood, hij kon er toch niks aan veranderen. Natuurlijk had hij van zijn moeder gehouden, heel veel zelfs. Ze waren lange tijd elkaars enige houvast geweest. Tot Anton vermoedde dat Beirens meer dan alleen zijn juridische bijstand aan moeder verleende. Zonder aankondiging had hij elk contact met haar verbroken. De telefoon ging op de duur steeds minder vaak rinkelen. Maar de stilte van haar afwezigheid riep dat hij de leegte met iets anders moest vullen. Een reis. Afrika. David.

Toen hij David vertelde dat zijn moeder hem een mooie erfenis had nagelaten, op een toon alsof hij het had over de regen die er zat aan te komen, had die niets gezegd maar hem met een vreemde blik aangekeken. Voor een klein moment, het was slechts een fractie van een seconde, zag Anton geen liefde maar iets anders opduiken in de zwarte kijkers. Het was geen oordeel, geen verwijt; het was een vraagteken. Terwijl er tot dan toe enkel uitroeptekens hadden gestaan. Deze leestekenwissel had hem niet lang uit zijn evenwicht gebracht, hooguit tot en met de zoen die er kort nadien op volgde. Maar in retrospect bedenkt hij zich dat het de spreekwoordelijke vlinder moet zijn geweest, die uiteindelijk, maanden later, voor een ingehouden, doch allesverwoestende storm had gezorgd.

Hij was na een tijd zelf met vraagtekens in zijn ogen beginnen kijken naar David, naar de straten die hij op en neer liep, naar de barmannen die hem zijn bier schonken, naar het bier zelf, naar de blauwe open hemel. Hij maakte zichzelf wijs dat hij de wolken miste, zijn eigen taal, het Belgische bier. Niets van dit alles had iets te maken met wat hij werkelijk voelde, alleen wist hij niet wat hij werkelijk voelde. Hij merkte slechts dat het vraagteken zich niet liet uitgommen, hoewel hij het naarstig van zich af probeerde te schudden tijdens de nacht-dagen in de armen van David. Zijn bewegingen werden minder ongeremd, zijn blik minder onbezorgd. Voor hij zijn eigen vraagteken zou zien glanzen in de witte tanden van David kocht hij een ticket en vertrok. Geen afscheid, geen tranen.

Hij voelt zich al een uur misselijk, durft niet van de bank opstaan hoewel hij dringend moet plassen. Het suist in zijn hoofd. Hij is allerminst spiritueel ingesteld maar vraagt zich langzaamaan af of hij dit misschien over zichzelf heeft afgeroepen. Hij weet dat hij niet ziek is, de symptomen zijn daarvoor te grillig, te kortstondig; naar de dokter gaan heeft geen zin. Hij ligt dan maar op de bank, ondergaat het en probeert af en toe tot bezinning te komen, zonder enige uitkomst. Spijt vindt hij een verspilde emotie. Zijn moeder is dood, David is duizenden kilometers van hem verwijderd. Ze kunnen hem niet meer raken.

II

David komt thuis van een lange dag rondrijden met toeristen. Hij opent de deur naar zijn bescheiden optrekje aan de rand van Kaapstad, zijn blik valt zoals altijd meteen op het onopgemaakte bed, de lakens die nu niet meer bezweet en gekreukt zijn van een lange liefdesnacht, wel van vele slapeloze uren afgewisseld met koortsdromen. Hij weigert zich het beeld van Anton voor de geest te halen, hoe hij er werkelijk uitzag, zijn lichaam, zijn ogen vol overgave. In plaats daarvan loopt hij naar het aanrecht in de keuken, waar in een hoek het kleine verfrommelde ding ligt dat sinds enkele dagen zijn houvast is.

Hij kreeg het van een tante, die zag en wist wat hem kwelde. Ze maakte het speciaal voor hem, overhandigde het zonder een woord. Hij wist waartoe het diende maar geloofde er eigenlijk niet in. Voor de grap wilde hij het wel een keer proberen maar kon in zijn huis niet meteen spelden of naalden vinden.

Uiteindelijk ontdekte hij in de badkamer, achter in de kast naast de pleisters en het ontsmettingsmiddel, een grote veiligheidsspeld. Een moment later zat hij met de pop en de speld in zijn handen, wist niet precies wat hij wilde doen. Moest bijna om zichzelf lachen.

Toch neemt hij de laatste dagen steeds vaker de pop die David moet voorstellen in de hand – zijn tante had een paar plukjes fluogele wol op het hoofd genaaid om de gelijkenis te onderstrepen. Met zijn twee handen wurmt hij de veiligheidsspeld open. Hij kiest niet doelbewust de plek uit waar hij zal steken, laat de speld bepalen waar die zich in wil boren. Het oor, de buik, de onderrug, de onderkant van de voeten; zijn favoriete plekjes op Antons lichaam.

Elke keer wanneer hij aan Anton denkt en verdriet of woede komen opzetten, neemt hij de voorwerpen in de hand en gaat aan de slag. Niet omdat hij denkt daarmee Anton werkelijk pijn te doen, wel om zijn eigen leed te verlichten. Soms, wanneer hij bijzonder gefrustreerd is, gooit hij met de pop, draait hem de nek om of schudt hem als een waanzinnige door elkaar. Het helpt.

 

 

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Jamal Ouariachi

IMG_5014

Ik ben even de kluts kwijt. Eerlijk gezegd ben ik al een tijdje de kluts kwijt, maar de verlorenheid bereikte zijn (paradoxaal genoeg, positieve) climax ergens ter hoogte van pagina 213 van ‘Een honger’ van Jamal Ouariachi. Wat kan ik meer over dit boek zeggen dan dat het een meesterwerk is. Dat het alles bevat wat goede literatuur – hoogstaande literatuur, wat zeg ik, een klassieker! – zou moeten bevatten. Zozeer zelfs dat ik dit keer niet zomaar een simpel citaatje kan knippen en plakken, heldere hoofdstukken zou ik met iedereen willen delen. De thematiek (ontwikkelingshulp, pedofilie) sluit niet bijzonder aan bij de kronkels in mijn hoofd, maar ook dat maakt een goed boek – het transformeren van een ver-van-mijn-bed-show-thema in iets meeslepends, ja zelfs van wezenlijk belang voor mezelf en anderen, voor de wereld. Ik weet niet precies hoe de heer Ouariachi erin is geslaagd me ruim 550 pagina’s lang naar de keel te grijpen, ik weet alleen dat het iets te maken heeft met zijn literaire vakmanschap, met de kunst om van louter opeenvolgingen van letters en tekens pure schoonheid te creëren. Nee, dit is geen recensie, alleszins zo zie ik het niet. Dit is een dankjewel, aan Jamal en aan het toeval dat dit boek exact op het juiste moment in mijn schoot deed belanden.

De voorbije maanden in rigbylandia werden getekend door teleurstelling, afgewisseld met verbetenheid. Net niet dat boek kunnen uitgeven, toch weer doorgaan op zoek naar een nieuwe uitgeverij. Net niet die en die wedstrijd kunnen winnen (of zelfs maar de longlist halen), toch weer nieuwe en betere verhalen proberen te schrijven en publiceren, waar dan ook. Om uiteindelijk, van ergens ver ver weg, het geroffel te horen dat zowel de teleurstelling als de verbetenheid oversteeg: gewoon rustig aan, blijven gaan, blijven volhouden, blijven geloven, de tijd nemen, ondertussen goed voor jezelf zorgen, veel nadenken, mijmeren, filosoferen. Daardoor desondanks de totale depressie inzakken en het lichaam overwonnen zien door een mysterieuze maar hardnekkige aandoening. Me afvragen wat het allemaal betekent. Het schrijven even links laten liggen – ik heb toch alle tijd!? en dan maar lezen lezen lezen. Via Jessica Durlacher, Adriaan van Dis en uiteindelijk Jamal Ouariachi de weg vinden naar nieuwe ideeën, onstuitbare woorden, zinnen, paragrafen… van een nieuw boek!

Hopelijk blijft deze helderheid een tijdje bij me en kan ik stap voor stap aan dit nieuwe project gaan werken – terwijl zich op de achtergrond andere ontwikkelingen voordoen zoals de mogelijke vertaling van een Engelstalige roman over Indië (why not?) en meer banale dingen zoals mijn kat die dringend moet gesteriliseerd worden maar soms dagenlang verdwijnt dus hoe moet ik dat in godsnaam organiseren, terwijl ze nu weer vrolijk stinkende scheetjes ligt te laten op mijn zetel maar ik het niet over mijn hart kan krijgen om haar net nu te traumatiseren (vangen, opsluiten, verdoven, opereren, recupereren, revalideren…), en andere.

Ik besef dat dit misschien wel het eerste echte persoonlijke bericht is op de blog, mischien was dat wel eens nodig. Het is fijn gelezen te worden, misschien is nu de tijd rijp om beetje bij beetje de sluier rond LL op te lichten. Misschien.

En omdat ik het tóch niet kan laten, een paar woorden uit ‘Een honger’, die op zich niks met het verhaal te maken hebben, maar wel met de reflectie over kunst, literatuur en de tendenzen daarbinnen, waarvan voor de scherpe lezer het boek trouwens bomvol staat (en waarvan de LL Rigby kenners weten dat het mij mateloos boeit en bezighoudt):

“Wijsneuzerige commentaren in een lopende tekst waren een tijdlang in de mode onder schrijvers van wat wel metafictie wordt genoemd, d.w.z. fictie die reflecteert op zichzelf. Een andere gangbare term is ‘postmodern proza’, wat niet geheel hetzelfde is, maar een kniesoor die daarop let. Welke naam men er ook aan toekent, het is een genre waarin tegenwoordig hooguit enkele verstokte academici nog geïnteresseerd zijn. De normale lezer – maar hoe normaal is een lezer? – laat zijn of haar suspension of disbelief liever niet saboteren door zulke geintjes. U ook niet.”

een vortex van metafictie, geniaal.

dankje, Jamal.

 

Geplaatst in citaten, nieuws | Tags: , , , , , , | 2 reacties

oma

Blowup3foto: Nancy Weytens

naar aanleiding van de expo Blow-up! in het MAS, een project van het Centrum voor Beeldexpressie en Creatief Schrijven, schreef ik het volgende gedicht bij bovenstaande foto:

De zachtgrijze hemel kijkt op hen neer

als een liefhebbende oma

die na een wonderlijke dag voor een keer

de kinderen te slapen legt

zo’n dag waarop eens in de zoveel

vanalles kan en mag

omdat oma nu eenmaal oma is

zij maakt het mooie weer

– nog een verhaaltje

om afscheid te nemen –

vanonder hun rode deken luisteren ze

in elke arm een beer

dankbaar dat de dag

nog heel even blijven mag

Geplaatst in woordhoopjes | Tags: , , , , , , | 3 reacties

Adriaan van Dis

“De dozen wijn kwamen op tafel en ik dronk me moed in om het over mezelf te heben. Over de vrijheid, de persoonlijke vrijheid. Was al het persoonlijke niet politiek? Moesten we niet onszelf bevrijden voor we anderen konden bevrijden?

‘Hoe stel je je dat voor?’ vroeg de docent, die zijn stencils opschudde.

‘Gewoon je hart volgen.’

‘Hoe stel je je dát voor?’ vroeg de notarisdochter.

‘Dor jezelf een doel te stellen: dat te doen wat je het liefste wilt.’

‘En wat wil je dan het liefste?’ vroegen de anderen in koor.

‘Dat wist ik niet… ‘Gelukkig worden,’ zei ik zacht.

Gelukkig worden? De ene verontwaardiging buitelde over de andere.

Ja, was die ouwe Marx eigenlijk wel gelukkig geweest…? vroeg ik me voorzichtig af. […] Was hartstocht niet belangrijker dan theorie? Zolang we niet voor ons eigen geluk vochten, konden we ook niet voor het geluk van andere mensen opkomen.”

 

“Als ik mee zou dansen, was ik dan mezelf of speelde ik de zoveelste rol? Paste ik me niet altijd aan, deed ik niet precies wat het decor van mij verlangde? Ik had alles afgekeken, nageaapt, uit het hoofd geleerd… manieren, mooie zinnen, rake beelden, accenten. Ik kon iedereen spelen. Maar welke homo moest ik zijn: de ordinaire, de corpsbal, de radikalinski? Waarom golden ook hier verschillen? Ik had gehoopt dat homoseksuelen onderling een eenheid vormden – ze kenden immers het gevoel buitengesloten te zijn. Eén levenshouding, als dienaar van schoonheid opgaan in iets groots. Een soort seksueel communisme: alle standen in één bed.”

uit ‘Dubbelleven’ van Adriaan van Dis.

Geplaatst in citaten | Tags: , , | 3 reacties

lucht

Blowup2foto: Kathleen Gobbin

naar aanleiding van de expo Blow-up! in het MAS, een project van het Centrum voor Beeldexpressie en Creatief Schrijven, schreef ik het volgende gedicht bij bovenstaande foto:

Lucht.jpg

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | 3 reacties

roze

LagosFeb15

Ze heeft iets voor me, zegt ze met een ietwat ondeugende glimlach, terwijl ze de handen achter de rug houdt. ‘Je mag nog niet kijken.’ Ik sluit gewillig de ogen, benieuwd met welke verrassing ze dit keer komt aanzetten. Klaartje is een kei in verrassingen, kleine ditjes en datjes, een gedroogde bloem, een gedicht, een schelp. Dit keer zal het niet anders zijn. Ik zal overdreven blij reageren, de gelukzaligheid zal uit haar ogen stromen.

Ik houd mijn handen voor me uit, handpalmen naar boven, in afwachting van het lieflijke niemendalletje dat ze erop zal leggen. Iets hards raakt mijn huid, het weegt zwaar, ik heb beide handen nodig om het te dragen. ‘Je mag je ogen opendoen!’

Ik zie een groot, plat, roze ding. Het blijkt een steen te zijn, een roze egale steen van wel vijftien centimeter doorsnee, twee centimeter dik. ‘Wow,’ zeg ik zachtjes, twijfelachtig. Het ding is zo apart dat ik niet weet wat te zeggen. Het is niet bepaald mooi, maar het lijkt ook weer niet uit de natuur te komen, het roze, de egaliteit zijn haast te gemaakt. ‘Op het strand gevonden,’ zegt Klaartje trots. ‘Ik moest meteen aan jou denken.’

 

Al de spulletjes die Klaartje me de afgelopen maand heeft geschonken liggen slordig in een hoek van mijn kast. Ik hou ze bij uit beleefdheid, zoals ik dat voor mijn petekind zou doen. Niet omdat de spullen mooi of waardevol zijn, maar omdat ze van haar komen, omdat zij er waarde aan schenkt. Dit keer blijf ik echter geboeid naar het ding kijken. De pretoogjes tegenover me wachten op een antwoord, een oordeel. ‘Het is echt… heel speciaal, Klaar,’ slaag ik erin te zeggen. Ik kijk haar aan, onze ogen haken zich in elkaar vast. Ze pakt de steen weer uit mijn handen en loopt ermee naar binnen. Ik weet niet of ze wil dat ik volg, besluit van niet.

‘Ik heb hem op een bijzondere plaats gelegd, zodat je altijd aan me blijft denken.’ Klaartje vertrekt morgen weer naar huis, naar de drukte van de stad. Ik mag er niet aan denken daar zelf weer naartoe te moeten. Gelukkig heb ik dit jaar een permanente woonplek gekregen hier in Tommelein. Waarom het zo heet weet ik eigenlijk niet. Misschien betekent het iets, maar ik heb het nooit aan Jan of Els gevraagd.

 

Klaartje is een van de sporadische bezoekers die hier komen. Ze is ongeveer van mijn leeftijd, Els is haar tante. Ze zou een maand blijven, moest er even uit. De eerste dagen heb ik haar vanuit de verte bespied, wantrouwde haar maar bleef kijken. Ik maak niet snel contact met andere mensen. Ze had een wipneus en heel veel sproeten, wat ik erg vond voor haar. Ik was plots blij met mijn bescheiden neus en egale huid. Pas toen ze onverwacht in mijn tuin stond en met een brede glimlach ‘Hallo!’ zei, zag ik dat de sproeten haar iets bijzonders gaven. Een sfeervolle omlijsting van de lachrimpels en fonkelende ogen. De wipneus leek verder de lucht in te gaan als ze lachte. Ik vond het wel grappig.

Ik vind haar wel grappig. Ze vertelt, danst, lacht, brengt me cadeaus. Zelf zeg ik meestal weinig, luister en kijk des te meer. Haar bewegingen fascineren me, terwijl haar stem en de melodie van haar lach me bedwelmen. Algauw raak ik in de ban van de sproeten die een tekening van vele verhalen op haar gezicht lijken te schetsen. Van de wipneus ben ik nog steeds geen fan, maar neem hem op de koop toe.

 

Dat ik verliefd op haar ben wist ik pas toen ze een week weg was. Elke avond had ik naar de steen gekeken die ze op mijn nachtkastje had gelegd, naast de kaars die ik steevast voor het slapengaan brand, voor mezelf, voor mijn familie ver weg, en inmiddels ook voor haar. Terwijl ik het gladde oppervlak van de steen aanraakte dacht ik aan haar, besefte dat de steen zonder haar minder straalde, zijn betekenis verloor. Ik had contactgegevens maar durfde niet te schrijven. Wat moest ik zeggen? Ze zou me stom vinden als ik zei dat ik haar miste. Klaartje was iemand die in het moment leefde, ik geloof niet dat ze ‘missen’ zou begrijpen. Misschien hield ik mezelf dat maar voor, omdat ik vooral bang was van mijn eigen gevoelens. Zodra ik ze op papier zou zetten zouden ze echt zijn, onontkoombaar.

Op een avond, terwijl mijn vingers de gladde steen strelen, weet ik plots wat ik moet doen. De volgende ochtend, na een koortsachtige droom waarin haar sproeten erg dichtbij waren en haar wipneus mijn wang beroerde, kruip ik vastbesloten uit bed en neem de steen mee naar buiten. In de tuin ga ik op zoek naar iets waarmee ik mijn plan ten uitvoer kan brengen. Na een half uurtje vind ik een puntige steen en een stevig stuk hout. Ik leg de roze steen voorzichtig op de terrastegels, plaats de punt van de andere steen in het midden en beuk op de bovenkant met het stuk hout. Het lijkt niet meteen te willen lukken, maar uiteindelijk geeft het roze met een krak zijn geheimen prijs. Binnenin, langs beide zijden van de breuklijn is de steen bruinrood, als een bloedend hart.

Ik weet niet of ze de boodschap zal begrijpen, misschien vindt ze het vreemd om een halve steen in haar brievenbus te vinden. Ik wacht geduldig af, raak elke avond de bruinrode kern aan, wetend dat daarin de waarheid verscholen ligt van haar gevoelens en de mijne.

 

Ik lig in bed, op nauwelijks vijftien centimeter van mijn gezicht liggen de sproeten en de wipneus om een gesloten mond, gesloten ogen. Ik reik er met mijn vingers naar, besluit dan om haar niet wakker te maken. Mijn hand grijpt over haar heen naar het nachtkastje, waar ik net de breuklijn kan voelen die de twee delen roze met elkaar verbindt.

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

nina

DSCN4753

‘the other woman…’

zingt nina

en ik weet dat het nooit zal

lonen om

de andere vrouw te zijn

dat het enkel een garantie

is voor pijn

zo niet op korte dan beslist op

lange termijn

 

‘…will spend her life alone’

of dat zo verkeerd is als je ziet

dat vandaag de vraag naar

onafhankelijkheid en individualiteit

zelfs bij de meest hardnekkige romantici

de overhand heeft

want blijkbaar wie leeft

in harmonie en symbiose

voor zelfontkenning heeft gekozen

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | Een reactie plaatsen

pyrrus

ierland14

Vliegen zijn intelligenter dan muggen. Een ietwat onnozele observatie misschien, maar toch. Ze blijken enorm slim met hun energie om te gaan  en vooral uit te blinken in idiotie. Hoewel muggen op dat laatste punt ook behoorlijk hoog scoren, laat hun elegantie uiteindelijk te wensen over. De onbeschaamde doordouwersmentaliteit van de muggen maakt hen tot zielige wannabes, daarmee de meer stoïcijnse vliegen een zekere zege bezorgend.

 

Nadat ik de ventilator aanzet in de hoop beide soorten van mijn lijf te houden observeer ik wat gebeurt.

 

De mug vliegt vliegensvlug weg van de vervelende windhoos en verschalkt zich net buiten het blaasbereik, zij het slechts voor enkele seconden. Want, optimistisch als de mug is, vliegt ze bij het draaien van de lucht weer mijn richting uit, om daar aangekomen te beseffen dat de turbine haar alweer van de andere kant nadert. (ZIJ, ja. Steekmuggen zijn vrouwelijk, ze hebben de eiwitten nodig voor hun eiers, ha!)  Vleugelslag na vleugelslag herhaalt ze de beweging, als een onvermoeibare sisyphus. Geen bloed wordt geprikt, geen ander slachtoffer gevonden op deze korte wederkerige trektocht. Onder het motto ‘de aanhouder wint’ gaat ze zonder probleem uren door, tot ik uiteindelijk de ventilator uitzet en gezwind in mijn bed onder het muskietennet duik, waar zij vervolgens de hele nacht tegen aan blijft tikken, opgejaagd door de geur van bloed, niet te stuiten door de zinloosheid van de actie. Ik mag hopen dat ze op zijn minst tegen de ochtend tot inkeer komt en zichzelf moedwillig uit de vicieuze cirkel losscheurt, om op zoek te gaan naar misschien minder lekker maar wel beschikbaar bloed.

 

De vlieg vertoont een heel ander patroon, dat echter ook van geduld, maar vooral moed getuigt. Wanneer het blazen begint houdt de vlieg een minuut of wat flink stand en wurmt zich in kronkels om toch maar telkens tegen mijn hoofd of armen te kunnen ketsen. Wat daar het doel van moge zijn ontgaat me volkomen, de uitdrukking ‘een lastige vlieg’ staat in ieder geval niet voor niets; er valt voor de vlieg niks bij me te rapen, geen bloed, geen morzel voedsel, geen vertier. Na een paar zwiepende luchtstromen beraadt hij  zich (Ja HIJ. Het zou ook een zij kunnen zijn, maar ach, for the sake of contrast…) en gaat op zoek naar een veilig onderkomen om ongestoord nutteloos te kunnen zijn. De muur, de hoek van de zetel, mijn teen, aha! de ventilator zelf! Je moet er maar opkomen én er de ballen voor hebben, geef toe. Als een echte quichote vecht hij dapper tegen de windmolen en begeeft hij zich zonder angst naar het oog van de storm. Op de rand van het plastic rooster, dat genadeloos heen en weer blijft zwiepen vindt hij rust en een zekere ontspanning. In alle kalmte laat hij zich in een zentoestand wiegen. Wanneer de ventilator straks stopt – want stoppen moet die onvermijdelijk eens – zal hij barstensvol energie op zijn doel afvliegen (mij) om dan, eindelijk, in al zijn windstilheid, mij het leven weer zuur te maken van de zetel hélemaal tot aan het bed.

Geplaatst in cursiefjes, schrijfsels | Tags: , , , , , , , , , | 1 reactie

waarom niet

DSCN0168

kronkelige krakers krabben aan het karkas

van wat ooit een warme wopsidol was

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | 3 reacties

vlucht

Argentina07

Dit verhaal schreef ik voor de schrijfwedstrijd van Schrijven Online met als onderwerp ‘De brandende liefde’. Het moest een verhaal zijn met een seksscène én het woord ‘vliegticket’. Hehe. Ik haalde helaas de longlist niet, maar ben zelf wel tevreden met het resultaat…:

Terwijl ik rennend de lange meters afleg die me nog scheiden van de gate, tasten mijn vingers in plotse paniek naar de rechterzak van mijn jas, wriemelen de knop open en vinden tot mijn grote opluchting het papiertje dat tegenwoordig dienst doet als vliegticket, netjes om mijn identiteitskaart gevouwen. Het is een gewoonte die ik al jaren heb. Gezien ik regelmatig vlieg is het goed om bepaalde routines te handhaven: na het inpakken boardingpass opsnorren, identiteitskaart uit portemonnee vissen, samenvouwen en hop in de rechterjaszak. Geen kans op onnodig gewroet in de handtas bij de douane, geen kans op vergeten.

Maar gisteren was ik mezelf niet, het inpakken ging moeizaam, bij elke handeling betrapte ik mezelf erop dat mijn gedachten afdreven naar de nacht voordien. Ik kon me dus ook niet herinneren dat ik de papieren volgens de standaardprocedure had opgeborgen. Regelmaat vs. verwarde harten: 1-0.

In de jaszak zit nog iets, ik vis het eruit, mijn hart slaat een slag over. Het is het toegangskaartje van het concert eergisteren, met achterop het telefoonnummer van Rui gekrabbeld.

Terwijl mijn vingertoppen over de letters strijken die hij geschreven heeft, voel ik zijn vingertoppen weer over mijn blote onderrug glijden. Zie ik Jan, die met me danste en zoende als een verliefde puber. Terwijl ik als eersteklas hypocriet over zijn schouder heen flirtte met de gitarist, die me geen seconde uit het oog verloor. Jan was vrolijk dronken en blind voor alles om hem heen, blind voor mij die hij zo verliefd aankeek.

De gitarist vond me, rokend met mijn rug tegen de muur van de steeg, nam de peuk van me over, trok eraan, gooide hem weg, kronkelde zijn linkerarm om mijn middel, drukte me tegen zich aan, bracht zijn lippen tot vlak voor de mijne. Terwijl onze adems versmolten wist ik dat ik verloren was – en Jan de verliezer. Zonder zijn ogen van de mijne af te wenden zoende Rui me met een intensiteit die mijn knieën deed trillen. In één beweging tilde hij me op, met zijn rechterhand onder mijn jurk, vingertoppen onder de rand van mijn slip. Zonder aarzeling zocht mijn hand zijn kruis, zijn riem, zijn rits. Onze lippen bespraken wat moest gebeuren, zonder een woord. In een paar tellen en met minimale onhandigheid wisten we elkaar te vinden. Zijn vlees in het mijne, mijn vlees om het zijne. Nooit was de liefdesdaad zo statisch en tegelijk extatisch. Het kloppen van zijn geslacht werd me uiteindelijk teveel en ik kwam klaar met mijn hete adem in zijn mond.

Dat ook hij was klaargekomen wist ik pas achteraf toen ik op de WC zat te kijken naar de kleverige inhoud van mijn slip. Ik rook eraan alsof het een ruiker bloemen was. Durfde niet te denken aan Wat nu?, wist alleen dat onze bewegingsloze dans slechts kon betekenen dat vanaf nu elk ander contact eraan zou gemeten worden. Dat het kaartje met zijn nummer het meest erotische voorwerp was dat ik ooit in handen had.

 

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , | Een reactie plaatsen

Arnon Grunberg

omdat ik nu eenmaal fan ben, dit keer niet één maar een hele rits citaten…:

“Mensen kosten tijd. Hoe kan hij hun dat duidelijk maken zonder onbeleefd te zijn? Jullie zijn lief en aardig, maar jullie kosten me te veel tijd.”

“Ze herinnert het zich nog goed, ze fietste naar huis na een driehoekige tas te hebben ontworpen en ze dacht: ik ben eenzaam. Ze belde Roland en hij zei: ‘Dat is heel naar voor je, maar op lange termijn is het niet slecht. Eenzaamheid is de voorwaarde voor ware productiviteit. Je moet ervan leren te genieten, net als van gember.’”

“Twee verschillende en uiteindelijk onverenigbare krachten werken op hem in. Wensen zou je kunnen zeggen, maar krachten is een beter woord. De behoefte om de mensen van zich af te duwen, hen als overbodige ballast overboord te gooien, en de behoefte hen voor altijd aan zich te binden, hen nooit meer los te laten.”

“Violet houdt niet van problemen. Ze begrijpt dat mensen problemen hebben, zijzelf heeft er ook wel eens last van, maar die problemen moeten niet te lang duren. Je kunt eraan verslaafd raken, ze kent vriendinnen die eraan verslaafd zijn geraakt. Ze kunnen nergens anders meer over praten dan over Het Probleem. “

“‘Wat biedt het de lezer?’ had hij gevraagd, ‘die zogenaamde hogere literatuur? Vermaak. Akkoord. Maar dat biedt het gros van de Hollywoodfilms eveneens. Inzicht? Maar zijn die inzichten niet op een andere, snellere, effectievere manier te verkrijgen? Wat is het nut van die zogenaamd hogere literatuur? Waarom moeten mensen dat lezen? Lijden ze niet al genoeg van zichzelf?’”

“‘Het destructieve karakter leeft niet vanuit het gevoel dat het leven levenswaard is, maar dat de zelfmoord niet loont.’”

 

uit ‘Huid en haar’ van Arnon Grunberg

Geplaatst in citaten | Tags: , , | Een reactie plaatsen

curves

An-impossible-dialogue-on-repeat.jpg

beeld: An impossible dialogue on repeat, van Nel Aerts

Verhaal geschreven voor de schrijfwedstrijd van Naakte Lunch, het bekende concept: schrijf een verhaal of gedicht bij een beeld. Ik haalde nét de longlist niet…:

Dat ik recht was en hij krom scheen er niet toe te doen, net zo min als ons verschil in kleur of het feit dat we een andere taal spraken. Ik hoorde zijn klanken en zag zijn gezicht. Begreep vanuit de lichte beweging van een neusvleugel of de trilling van een wenkbrauw de achterliggende emoties die overigens door geen enkele zin in geen enkele taal met dergelijke precisie zouden kunnen worden beschreven. Wanneer ik aan de opwaartse tendens van zijn intonatie merkte dat hij mij een vraag stelde gaf ik antwoord. In mijn eigen taal, op een willekeurige vraag. Een vraag die ik graag wilde beantwoorden, of net niet. Ik formuleerde woorden waar ik blij mee was of waarvoor ik me zo schaamde dat het me bevrijdde om ze uit te spreken tegen iemand die niet de woorden maar wel de gevoelens erachter begreep, wilde begrijpen.

Een gesprek zonder enige zin, dat tegelijk het meest waarachtige was wat ik ooit had gedaan. Zwijgen en luisteren, naar klanken als houders van betekenis. Niet de eigen blik in de reflectie van de ander zijn oogbol zoeken maar kijken en de ander zien, een schets maken van diens pijn en vreugde aan de hand van de lijnen van zijn gezicht en de minuscule spiertrekkingen. Spreken zonder filter, angst of schaamte, zonder zoeken naar de juiste woorden, zonder rekening te houden met de mogelijke interpretatie van de ontvanger. De boodschap zichzelf laten vertellen. Mijn adem en zijn adem in een rustig tempo op elkaar in laten werken, met de stroming van onze emotionele hoge- en lagedrukgebieden mee. Onze harten laten kloppen op het zelfde ritme. Samen onszelf zijn, meer dan we ooit onszelf waren geweest.

 

Dat ik recht was en hij krom scheen er niet toe te doen, net zo min als ons verschil in kleur of het feit dat we een andere taal spraken. Ik hoorde zijn zuchten en zag zijn lichaam. Begreep vanuit de lichte beweging van een vinger of het trillen van een spier de achterliggende verlangens die overigens door geen enkele zin in geen enkele taal met dergelijke precisie zouden kunnen worden beschreven. Wanneer ik aan de vragende tendens van zijn ledematen merkte dat hij de leiding aan mij wilde geven, beantwoordde ik hem met een streling, een zoen of een krachtige afdruk van mijn vingers op zijn huid. Ik deed wat ik kende, of wat nieuw voor me was. Ik voerde liefkozingen uit die ik normaal niet durfde en net daarom over hem uit moest storten. Omdat hij ze ontving en wilde ontvangen.

Een samensmelting van tegengestelde lichamen, die tegelijk zo vanzelfsprekend leek dat onze vormen tot op de millimeter in elkaar leken te passen. Stil blijven en ontvangen, nemen zonder schroom. Geven zonder remmingen, angst of schaamte, zonder denken over de juiste handelingen, me niet afvragend welke aanraking hem meer of minder zou opwinden. De lust zijn eigen dans laten voeren, op het ritme van zijn adem en mijn adem, die lyrisch en staccato om elkaar heen kronkelen tot ze uitmonden in een hijgend crescendo van passie. Onze hartslagen voelen door de huid van de ander zonder nog te weten welke beat wie toebehoort. Samen één zijn, meer dan we ooit twee waren geweest.

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , | 2 reacties

belachelijk

P1010706

Voor me uitstaren als een

dwaas lijkt

Belachelijk maar biedt

soelaas voor

Het eindeloze

geraas van de

Kibbelende stemmen in mijn

hoofd die –

Terwijl mijn gedachten worden

verdoofd door

Beelden en woorden van andere oorden –

Om het luidst roepen

‘Ik ben de baas’

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | Een reactie plaatsen

Jeroen Olyslaegers

“Kunst kan een leven transformeren in een voor en een na, kan je loodsen van onbegrip naar fundamenteel begrip. En zij die dit naïef vinden, hebben geen weet van hun eigen mentale blokkade […]”

“En toen ik merkte dat ik niet alleen was, dat er nog meer van mijn vrienden al even moreel verontwaardigd waren, walgde ik van mezelf. We koketteren allemaal met onze machteloosheid, ons rest niets anders.”

 

uit ‘Wij’ van Jeroen Olyslaegers.

 

Geplaatst in citaten | Tags: , , , | 2 reacties

wat was

OuriqueNov14 (8)

Wat was

en zal zijn

weten alleen de sterren

 

Of

ook ik

 

Als ik maar vaker

het privilege

had  te weten

 

Wat

wij  alsmaar vergeten

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | 1 reactie

als geen een is

SaoMarcosDec14 (2)

Als geen één

Een tijd is

Een  nu is

Een wat is

Dan

Is de tijd

Ook geen één

Geen wat

Geen nu

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , | Een reactie plaatsen

rimpels

BarrilFeb15 (2)

Lelijkheid is de ware

schoonheid van het leven

De imperfectie,

de plooien en kreuken

Maken goed wat

het rimpelloze oppervlak

Verborgen weet te houden

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | 2 reacties

waarom

P1000572

Waarom ik zo boos ben

Dat is een raadsel en ook niet

Boos, teleurgesteld, gefrustreerd

Als een klein kind dat zijn zin

Niet krijgt

Stijgt

Het mierengewurm naar mijn hoofd

Totdat het me – gelukkig –

Verdooft

En me aanmaant een stap te zetten

Opzij, naar achter

En nog één

Tot ik

Van de scène verwijderd

En nader tot mezelf

De linkermondhoek omhoog krul

En

Ga.

 

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | 2 reacties

Jonathan Safran Foer

“[…] she wants to know if I love her, that’s all anyone wants from anyone else, not love itself but the knowledge that love is there, like new batteries in the flashlight in the emergency kit in the hall closet […]”

uit ‘Extremely loud and incredibly close’ van Jonathan Safran Foer

Geplaatst in citaten | Tags: , , | Een reactie plaatsen

laf

Ierland14 (3)

Zwelgen in zelfbeklag zorgt zeker

niet

voor veel verandering

 

Beter bedachtzaam broeden, bezinnen

en

deinen door de dagschemering die

later laf lijken

zal

 

Wanneer we weer wonderlijk welgezind

onszelf ontzien

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , | Een reactie plaatsen

Geert Kimpen

“De woorden van Chaim herinnerden hen er allemaal aan hoe gezegend ze waren met een dak boven hun hoofd. Dat ze met hun loon hun kinderen konden grootbrengen en elke ochtend een reden hadden om op te staan. Toch gebruikte geen van hen allen de vrije tijd om zich ook verder nog te ontwikkelen. Sommigen vroegen zich voor het eerst af waar toch al hun tijd aan op ging. Wat deden ze als ze thuis waren en niet hoefden te werken? Eten, drinken, af en toe vrijen en slapen. Het vervullen van lichamelijke behoeftes. Dat was het zo’n beetje. Hun leven was niet zoveel anders dan dat van wilde dieren. Alleen gingen zij niet op jacht, maar naar hun werk. Waar was het avontuur van hun bestaan? Waarom zochten ze niet meer naar de antwoorden op de grote vragen die ze als kind aan hun ouders stelden: waarom zijn we hier, wat is de zin van ons leven, wat is onze bestemming? Ze bewonderden Chaim, die wel nog die jongensachtige gloed in zijn ogen had. Die durfde te kiezen voor onzekerheid en zijn hart volgde. Hij was de ontdekkingsreiziger van een reis die ze zelf niet durfden te maken.”

“‘Ik bewonder je,’ zei Abraham. ‘Jij betaalt de prijs voor je dromen. Jij volgt je hart. Het is heel onverstandig wat je doet maar uit onverstandige mensen zijn de grootste dingen voortgekomen.'”

uit ‘De kabbalist’ van Geert Kimpen

 

Geplaatst in citaten | Tags: , , , | 1 reactie

oranje

P1010708

Over de heuvels in een paarse vallei van

Gele rivieren en oranje wolken

Waaruit

De nectardruppels vallen

Houd je mij

In je greep

Van tijgerklauwen en wespensteken die

(-geen bijen want die – )

In de grond verbleken

Tegen mensenstreken

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

qwerty vs azerty

Een nieuwe levensvraag dient zich aan: misschien heb ik mijn roeping gemist en moet ik me maar gaan toeleggen op het dichterschap?

Mijn gedicht ‘Als geen een is‘ is tip van de week op Azertyfactor, een online platform voor beginnende schrijvers van Creatief Schrijven. Een dubbel gevoel, omdat ik zo met proza bezig ben dat ik me nauwelijks bewust ben van het feit dat ik af en toe ook eens wat gedichten uit mijn pen laat vallen, en dat die dus blijkbaar zelfs goed kunnen zijn. Bevreemdend.

Maar uiteraard ben ik vooral BLIJ met de eer uitgekozen te worden uit de vele inzendingen elke week en met de fijne commentaar van Laïla Koubaa!

Geplaatst in nieuws, woordhoopjes | Tags: , , , , , , | 14 reacties

overschat en overroepen

MonteGordoJan15 (3)

(voorstudie voor de column De kip en het ei van de kunst)

Ik las onlangs ergens dat 1 op 10 Nederlanders graag een boek zou willen schrijven (en uitbrengen uiteraard). Ik weet niet hoe het met de cijfers voor België zit maar vermoedelijk zijn die van een zelfde strekking.

Hoe moet een mens dan in alle ernst schrijver willen zijn? Hoe moet je je onderscheiden? Veel komt tegenwoordig – noodgedwongen – aan op zelfmarketing, tenzij je er natuurlijk op rekent gewoon een genie te zijn en ‘bij toeval’ ontdekt te worden door een uitgever, maar laat ons wel wezen, dat is zonder directe contacten eigenlijk quasi ondenkbaar. Zelfmarketing dus, een blog, facebookposts, aansluiting bij groepen over lezen, literatuur en schrijven, en maar hopen dat je er op een of andere manier uitspringt, of op den duur zoveel volgers verzamelt dat de literaire wereld je wel au serieux moét nemen. Hoe dan ook, al dat ge’kijk-eens-naar-mij-en-hoe-goed-ik-wel-ben’ is enorm vermoeiend en bovendien een serieuze aanval op je zelfrespect. Ik heb constant het gevoel dat ik te hard probeer en net daardoor nooit serieus zal worden genomen door een sector die misschien wel zwaar overschat want vooral erg gesloten en elitair is?

En toch blijf ik proberen. Ik neem deel aan verhalen- en gedichtenwedstrijden, haal hier en daar een keer een longlist, won een keer derde plaats, niet slecht, maar ook niet bijzonder. Een kennis met kennis van zaken zei me dat het overigens niet per definitie de winnaars zijn van dat soort wedstrijden die vanzelfsprekend een kans maken op succes, misschien een beetje zoals het parcours van winnaars van talentenjachten vaak ondergeschikt blijkt aan dat van de runners-ups (is daar een goed Nederlands woord voor? want ik ben zeg maar all for taalbehoud en zo).

Ik stuur mijn schrijfsels ook graag in naar de meer serieuze literaire en culturele tijdschriften, maar krijg daar voornamelijk het deksel op de neus. Niet lang genoeg, niet kort genoeg, niet literair genoeg, kortom niet goed genoeg. Ik zie ook wel dat wat vandaag als literatuur de wereld rondgaat anders is dan wat ik schrijf (of is dat weer defensieve bescheidenheid?), maar of het daarom minderwaardig is, is maar zeer de vraag.

Misschien een keer een schrijfcursus volgen, is een vaak gehoord advies. Tjaaa. Om eerlijk te zijn zou mijn grootste motivatie daarvoor een opportunistische zijn – namelijk dat dat ‘wereldje’ erg klein en ons-kent-ons is. En wanneer je dan in het oog springt van de docenten, dat je makkelijk kan worden doorgeschoven aan hun achterban en zo is de bal aan het rollen, mogelijkerwijs. Maar laat ik nu een dubbel gevoel hebben over dat soort toelaatbaar nepotisme. Natuurlijk zou ik ergens willen dat ik persoonlijk bevriend was met een Tom Lanoye, een Annelies Verbeke of een Griet Op de Beeck, en dat die uit vriendschap en respect voor mijn talent (want dat heb ik, wordt mij ook meermaals verteld) hun contacten inzetten en me op die manier een duwtje kunnen geven. En aan de andere kant wil ik het godverdomme gewoon zélf doen en verdienen.

Maar dan moet ik dus opboksen tegen de overige twee miljoen (pakweg, mijn snelle berekening van 10 procent Vlamingen+Nederlanders) doodgewone burgers die ook bijzonder genoeg willen zijn om hun verhaal of boek gepubliceerd te krijgen.

Geen conclusies aan het eind van dit betoog. Enkel de pijnlijke waarheid: dat het verdomd moeilijk is om in jezelf te blijven geloven terwijl je jezelf ziet verloochenen door goedkope zelfpromotiestunts op facebook en watnog, om toch maar gezien, gehoord en vooral gelezen te worden. De beste oplossing lijkt me eenvoudigweg een opening vinden in het space/time continuüm en ‘Midnight in Paris’-gewijs vijftig jaar teruggaan in de tijd en de eerlijke strijd aangaan, vanuit de mogelijke illusie dat het toen allemaal makkelijker was, beter, puurder, weetikveel. Schrijven, ploeteren, uitwisselen met andere kunstenaars en een plekje bemachtigen aan het firmament van Nederlandstalige schrijvers. Als ik heel eerlijk ben weet ik ook wel dat ik me nooit had kunnen meten met de Daisnes, Couperussen,  Timmermansen, Clausen en zo verder. Maar misschien nog net met de Walschappen of Lampo’s?  (bescheidenheid is een overroepen kwaliteit)

In de grond komt het er op neer dat je altijd in jezelf moet blijven geloven en moet blijven werken om je doel te bereiken, maar dat er vaak (té vaak?) momenten zijn waarop je eigen innerlijke stemmetje dat van de zogenaamde kenners met veel overtuiging echoot: niet goed genoeg, ga wat anders doen. De vraag is of je als schrijver recht hebt van bestaan op basis van je talent en het geloof in jezelf, of enkel en alleen op basis van de kredietwaardigheid die je wordt verschaft door een onafgelijnd en mogelijk overschat maar zeer reëel instituut, zijnde de ‘literaire sector’.

 

(Ik hoop stiekem maar gewoon dat het waar is dat de aanhouder wint en dat ik uiteindelijk moge worden geaccepteerd, gedécouvreerd, gewaardeerd, geromantiseerd, gesavoureerd, genepotiseerd en op welke manier dan ook: gepubliceerd. Zie je, ik probeer gewoon te hard.)

Geplaatst in cursiefjes, schrijfsels | Tags: , , , , , , , , , , , | 3 reacties

barbarus

Het cultureel webtijdschrift Barbarus koos één van mijn kortverhalen (De rode schoenen) uit voor publicatie! Lees het verhaal hier.

Geplaatst in nieuws, vertelsels | Tags: , , , , | 1 reactie

waarheid

IMG_6084

De waarheid als parameter

Laat ons geen ruimte om

Te verdelen te verkennen te verwennen

Zij die het verdienen

Te weten te vergeten te zweten

Op het antwoord dat al

Dagen weken lichtjaren

Op het puntje van onze tong ligt

En

Zich de eeuwigheid toedicht

Geplaatst in schrijfsels, woordhoopjes | Tags: , , , , , | Een reactie plaatsen

zwart-wit

P1000672.JPG

Machteld kan een glimlach niet onderdrukken wanneer de warmte van het zand door de zolen van haar voeten naar binnen dringt. Ze begint te rennen en hoopt dat ze haar niet zien. Ze weet niet of het verboden is te lachen of te rennen maar vermoedt van wel. Alles wordt bestraft. Een bepaalde kant op kijken – de verkeerde – levert een pak slaag of enkele uren afzondering op. Machteld is al een tijd opgehouden om het allemaal te willen begrijpen, ze houdt zich stil en ontwijkt op die manier meestal de toorn van de nonnen, dat is voldoende.

 

Ze laat zich op het warme zand vallen en woelt met de handen rondom zich, terwijl ze haar voeten zo diep mogelijk ingraaft. In tegenstelling tot de meeste van de kinderen is het voor haar niet de eerste keer dat ze de zee ziet. De eerste keer was met haar moeder en haar broer, maar niks aan die herinnering doet haar glimlachen. Ze kan zich niet heugen dat het zand warm was, of de golven indrukwekkend. Alles was toen grijs en grauw, of had zo aangevoeld.

 

Haar mooiste herinnering gaat ver terug, ze moet een jaar of twee geweest zijn. Ze herinnert zich een man en een vrouw, die zich lachend om haar heen bogen, een witte duif die voor haar zat en haar leek aan te kijken, een kleurige ballon in de hoek van haar oogveld. Mettertijd waren de beelden met elkaar versmolten, zodat wanneer ze zich gelukkig voelde, zoals nu, ze een beeld voor zich zag van een stel witte, breed glimlachende duiven met in de klauwen touwtjes waaraan honderden gekleurde ballonnen hingen. Die duiven zijn haar ouders, die glimlachen en haar cadeautjes geven.

 

Aan haar echte ouders denkt ze liever niet meer. Haar moeder zou haar aan het einde van de paasvakantie komen ophalen, dan zou het beter gaan met Machtelds astma en kon ze weer naar huis. Het is inmiddels augustus. Machtelds vader bestaat enkel in dat ene beeld uit haar herinnering.

 

Ze zijn weer terug ‘thuis’, bij het grote vervallen gebouw dat moet doorgaan als opvanghuis voor zieke kinderen. Machteld dacht eerst dat alle kinderen astma zouden hebben, maar eigenlijk zijn ze allemaal gezond, hooguit een beetje raar. En zij heeft van haar astma al een tijd geen last meer. Waarom ze hier dan allemaal zijn, vraagt ze zich vaak af. ‘Omdat onze ouders ons niet willen,’ wist Tommy haar onlangs te vertellen. Ze weet niet of dat waar is.

 

Omdat het blijkbaar Moederdag is zijn vanavond veel moeders op bezoek gekomen, om van hun kinderen de gedwongen felicitaties te ontvangen. Machteld heeft geen bezoek gekregen en mag daarom als troost een uurtje in de tuin zitten. Ze kijkt om zich heen en hoopt stiekem een witte duif te zien. Terwijl ze verlangt naar ballonnen en gelach hoort ze achter zich een krassend geluid. Wanneer ze zich omdraait staat ze oog in oog met een zwarte kraai die haar lijkt toe te schreeuwen: ‘Weg! Weg hier!’

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , , , , | 2 reacties

desnuda

P1000612.JPG

Naakt sta ik naar de golven te kijken, die onder de paarse avondlucht hun ritmisch komen en gaan voltrekken. Het zout van de opgedroogde tranen op mijn kaken sluit een verbond met de zilte lucht die met een zucht over me heen waait. Ik durf me niet bewegen of om me heen te kijken, ik voel hun blikken zo ook wel. Ik wou dat het zand onder mijn voeten me zou verslinden. Ik kan geen kant op. Het donkere water beangstigt me, maar de spottende wezens achter me nog veel meer. Voorzichtig zet ik een stapje vooruit, tast met mijn tenen af hoe koud het water is. Ik voel me misselijk. Ik zou willen kotsen, schreeuwen, huilen, schuilen. Ik besef dat de golven mijn enige mogelijke schuilplaats zijn. Vaag hoor ik het gejoel achter me en breng onwillekeurig de handen naar mijn oren. Gelach. Elk zenuwuiteinde in mijn lichaam staat op barsten, ik hou het niet meer uit, ik wil uit mijn vel springen, dit lichaam achterlaten, het van me afstropen en verdwijnen in de duisternis. Ik stoot een soort oerkreet uit en begin te rennen, de golven in. De kou dringt niet door, het is alsof mijn lichaam is opgehouden met voelen. Verdwijnen is alles wat me rest. Voor ik het besef voel ik geen grond meer onder de voeten en krijg ik een eerste gulp zout water binnen. Ik ga kopje onder voor wat een eeuwigheid lijkt. Wanneer ik weer bovenkom zie ik ze daar in de verte, schemerig. Ze lijken te applaudisseren. Ik laat me weer onder water glijden. Levensdrang neemt over, mijn lichaam wil lucht en werkt zich weer naar de oppervlakte. Geschreeuw dichterbij, mijn naam. Ik zie niks dan duisternis, mijn ogen prikken van het zout. Maar ik hoor geplons. Ze komen het water in! Met de laatste resten energie die ik voel probeer ik te zwemmen, van het geluid weg. Mijn verlangen om te verdwijnen is groter dan hun wil om bij me te komen, me verder te vernederen. Ik raak verder en verder van het strand verwijderd. Ik kijk nog één keer om, en moet glimlachen om hun zielige pogingen om me te vatten. Ik duik onder, open de ogen en sper mijn mond wagenwijd open. Ik lach. Bijna thuis.

2015

Geplaatst in schrijfsels, vertelsels | Tags: , , , , , , , | Een reactie plaatsen

hiephiep

3

Dit blog bestaat alweer een jaar, echt waar. Een jaar vol schrijfsels, nieuwtjes, foto’s en hier en daar een gedicht. Tijd voor een overzicht!

Vandaag staat de teller op 3.436 bezichtigingen door 1.368 mensen uit 20 verschillende landen, die 99 likes en 65 reacties achterlieten.

Welke van de 67 berichten het meest werden gelezen is uit de statistiek helaas niet af te lezen, daarom maar eventjes mijn persoonlijke favorieten, in willekeurige volgorde (maar kijk zeker ook eens bij schrijfsels en kies je eigen favoriet):

  1. de bus
  2. de donkere kamer
  3. voortzetting van een verhaal
  4. koffie fruit en bloemen
  5. grenzeloos
  6. heiland
  7. zonsondergang
  8. er was eens een man
  9. existentieel axioma
  10. eleonoor

Ik kijk al uit naar het volgende blogjaar en jullie massale reacties en likes! 🙂 Ik van mijn kant beloof te blijven schrijven! 🙂

 

Geplaatst in nieuws | Tags: | 4 reacties